In uitvoering van het decreet lokaal bestuur worden de notulen en het zittingsverslag van de vorige vergadering aan de gemeenteraad voorgelegd ter goedkeuring.
Decreet lokaal bestuur, artikelen 32, 277 §1 en 278 §1.
met algemene stemmen (41)
de notulen en het zittingsverslag van de gemeenteraadszitting van 28 mei 2021 goed te keuren.
Het coronavirus COVID-19 is sinds 11 maart 2020 door de Wereldgezondheidsorganisatie (WHO) gekwalificeerd als een pandemie. Het Agentschap Binnenlands Bestuur raadt in deze fase van de pandemie aan de voorkeur te geven aan digitaal vergaderen. Het behoort tot de lokale autonomie om te beslissen over de wijze van vergaderen. Gezien de huidige gezondheidssituatie is het niet aangewezen om voltallig fysiek aanwezig te zijn tijdens de commissies en de raden. Ingevolge legt de burgemeester in de verordening van 3 juni 2021 de organisatie en werkwijze van de commissies en raden van juni 2021 vast.
Nieuwe gemeentewet, artikelen 134 § 1 en 135 § 2, 5°.
Decreet lokaal bestuur, artikelen 40, 41, 63, 287 en 288.
met 34 stemmen voor (N-VA, Groen, Open Vld, CD&V, Vooruit, PVDA) en 7 stemmen tegen (Vlaams Belang)
de politieverordening van de burgemeester van 3 juni 2021, houdende bijkomende maatregelen ter preventie van de verspreiding van het coronavirus COVID-19, te bekrachtigen.
Een exemplaar van het besluit van de burgemeester wordt als bijlage aan de notulen van deze zitting gehecht.
De begrotingsrekening sluit af met volgend resultaat:
Gewone dienst:
- een begrotingsresultaat van 8.158.800,84 EUR;
- een boekhoudkundig resultaat van 8.263.570,01 EUR;
Buitengewone dienst:
- een begrotingsresultaat van -139.483,44 EUR;
- een boekhoudkundig resultaat van 182.171,52 EUR.
De balans sluit af met een totaal van 23.031.569,58 EUR.
De resultatenrekening sluit af met een uiteindelijk boni van 3.550.686,52 EUR, namelijk een exploitatieboni van 3.551.480,87 EUR en een uitzonderlijk mali van 794,35 EUR.
Wet van 7 december 1998 tot organisatie van een geïntegreerde politiedienst, gestructureerd op twee niveaus, artikel 34.
Nieuwe gemeentewet, Titel VI, Hoofdstuk I, artikel 240 § 1.
Koninklijk besluit van 5 september 2001 houdende het algemeen reglement op de boekhouding van de lokale politie, artikelen 66 tot en met 72.
Omzendbrief PLP33 betreffende de jaarrekening van de politiezones.
met algemene stemmen (41)
de begrotings- en jaarrekening 2020 van de politiezone Sint-Niklaas goed te keuren.
Een exemplaar van de begrotings- en jaarrekening wordt als bijlage aan de notulen van deze zitting gehecht.
De statutaire bepalingen voor de samenstelling van een selectiecommissie voor officieren van de lokale politie zijn de volgende:
- samenstelling: een voorzitter en maximum vier bijzitters;
- voorzitter: de korpschef of de door haar aangewezen officier (ten minste bekleed met de graad die overeenstemt met de te begeven betrekking);
- leden/bijzitters: minstens één officier van een korps van de lokale politie, die ten minste bekleed is met de graad die overeenstemt met de te begeven betrekking van officier;
- een secretaris, aangewezen door de korpschef, staat de selectiecommissie bij.
De lokale politie Sint-Niklaas stelt voor de selectiecommissie voor commissaris van politie als volgt vast te stellen:
- voorzitter: hoofdcommissaris-korpschef Gwen Merckx;
- leden: hoofdcommissaris Luc Gers van politiezone Noord (Kapellen - Stabroek) en commissaris Leen Gheyle van de lokale politie Brugge;
- secretaris: manager interne organisatie Frederika Maes.
Decreet lokaal bestuur, artikelen 40 en 41.
Koninklijk besluit van 30 maart 2001 tot regeling van de rechtspositie van het personeel van de politiediensten, artikelen VI.II.42, VI.II.43 en VI.II.44
Ministeriële omzendbrief GPI 74 over de bevordering van de gelijke kansen van mannen en vrouwen binnen de politiediensten.
de samenstelling van de selectiecommissie voor twee functies van officier bij de Lokale Politie Sint-Niklaas als volgt samen te stellen:
- voorzitter: hoofdcommissaris-korpschef Gwen Merckx;
- leden: hoofdcommissaris Luc Gers van politiezone Noord (Kapellen - Stabroek) en commissaris Leen Gheyle van de lokale politie Brugge;
- secretaris: manager interne organisatie Frederika Maes.
In gemeenteraadszitting van 20 december 2019 werd de personeelsformatie van de lokale politie Sint-Niklaas goedgekeurd. Een hoofdinspecteur van de dienst lokale recherche gaat op 1 juli 2021 werken bij de Lokale Politie Gent. Een andere hoofdinspecteur van de dienst lokale recherche gaat op 1 juli 2021 in non-activiteit voorafgaand aan het pensioen (NAVAP).
Hierdoor ontstaan er twee vacatures bij de afdeling tweedelijnspolitiehulp, dienst lokale recherche.
De lokale politie Sint-Niklaas wil deze functies invullen via een mobiliteitscyclus. De geïnteresseerde kandidaten moeten nadien voor een selectiecommissie verschijnen die een rangschikking opmaakt van de meest geschikte tot de minst geschikte kandidaat. De samenstelling van de selectiecommissie wordt voorgelegd aan het college van burgemeester en schepenen. Tot slot gaat de burgemeester over tot benoeming.
Decreet lokaal bestuur, artikelen 40 en 41.
Koninklijk besluit van 30 maart 2001 tot regeling van de rechtspositie van het personeel van de politiediensten.
Koninklijk besluit van 20 november 2001 tot vaststelling van de nadere regels inzake de mobiliteit van het personeel van de politiediensten.
Koninklijk besluit van 20 december 2005, artikel 2, dat artikel IV.I.37 van het koninklijk besluit van 30 maart 2001 tot regeling van de rechtspositie van het personeel van de politiediensten vervangt.
Omzendbrief GPI 15 van 24 januari 2002 betreffende de toepassing van de mobiliteitsregeling in de geïntegreerde politie, gestructureerd op twee niveaus, ten behoeve van de lokale verantwoordelijke overheden in de politiezones.
Omzendbrief GPI 23 van 12 juli 2002 over de commissies van geschiktheid van het personeel van de politiediensten.
Gemeenteraadsbeslissing van 29 april 2019 met betrekking tot de delegatie van bevoegdheid van de gemeenteraad aan de burgemeester voor de benoemingen van politiepersoneelsleden.
Deze vervangingen werden voorzien in het personeelsbudget van de politiezone.
twee functies van hoofdinspecteur van politie vacant te verklaren voor de afdeling tweedelijnspolitiehulp, dienst lokale recherche, en deze in te vullen op basis van de wetgeving inzake de mobiliteit van het personeel van de politiediensten.
volgende selectiewijze vast te stellen:
- het houden van een interview met de verschillende kandidaten door de plaatselijke selectiecommissie, die een rangschikking van de kandidaten opmaakt;
- de functie niet toe te kennen op basis van anciënniteit van de kandidaten.
naar aanleiding van de selectie geen wervingsreserve aan te leggen voor deze functie.
Decreet lokaal bestuur, artikelen 40 en 41.
Koninklijk besluit van 30 maart 2001 tot regeling van de rechtspositie van het personeel van de politiediensten.
Koninklijk besluit van 20 november 2001 tot vaststelling van de nadere regels inzake de mobiliteit van het personeel van de politiediensten.
Koninklijk besluit van 20 december 2005, artikel 2, dat artikel IV.I.37 van het koninklijk besluit van 30 maart 2001 tot regeling van de rechtspositie van het personeel van de politiediensten vervangt.
Omzendbrief GPI 15 van 24 januari 2002 betreffende de toepassing van de mobiliteitsregeling in de geïntegreerde politie, gestructureerd op twee niveaus, ten behoeve van de lokale verantwoordelijke overheden in de politiezones.
Omzendbrief GPI 23 van 12 juli 2002 over de commissies van geschiktheid van het personeel van de politiediensten.
Gemeenteraadsbeslissing van 29 april 2019 betreffende de delegatie van bevoegdheid van de gemeenteraad aan de burgemeester voor de benoemingen van politiepersoneelsleden.
Gemeenteraadsbeslissing van 20 december 2019 betreffende de personeelsformatie van de lokale politie Sint-Niklaas.
In gemeenteraadszitting van 20 december 2019 werd de personeelsformatie van de lokale politie Sint-Niklaas goedgekeurd. Een inspecteur van de afdeling dringende politiehulp, dienst interventieteams, werd bij burgemeesterbesluit van 20 april 2021 benoemd als inspecteur bij de afdeling verkeer, dienst verkeerspolitie. Dit in uitvoering van het gemeenteraadsbesluit van 25 mei 2020 betreffende de vacantverklaring van een functie van inspecteur bij de afdeling verkeer, dienst verkeerspolitie. Hierdoor ontstaat er een vacature bij de afdeling dringende politiehulp, dienst interventieteams.
De lokale politie Sint-Niklaas wil deze functie invullen via een mobiliteitscyclus. De geïnteresseerde kandidaten moeten nadien voor een selectiecommissie verschijnen die een rangschikking opmaakt van de meest geschikte tot de minst geschikte kandidaat. De samenstelling van de selectiecommissie wordt voorgelegd aan het college van burgemeester en schepenen. Tot slot gaat de burgemeester over tot benoeming.
Deze vacature werd voorzien in de personeelsbegroting van de politiezone.
één functie van inspecteur van politie vacant te verklaren voor de afdeling dringende politiehulp, dienst interventieteams, en deze in te vullen op basis van de wetgeving inzake de mobiliteit van het personeel van de politiediensten.
volgende selectiewijze vast te stellen:
- het houden van een interview met de verschillende kandidaten door de plaatselijke selectiecommissie, die een rangschikking van de kandidaten opmaakt;
- de functie niet toe te kennen op basis van anciënniteit van de kandidaten.
naar aanleiding van de selectie geen wervingsreserve aan te leggen voor deze functie.
in te stemmen met de deelname van de lokale politie Sint-Niklaas aan de mobiliteitscyclus voorbehouden voor de aspirant-inspecteurs, categorie C in 2021/A2, en de navolgende ambtshalve aanwijzing, voor de invulling van één functie van inspecteur van politie in de afdeling dringende politiehulp, indien er geen kandidaten gevonden worden in de gewone mobiliteit.
Een assistent van de lokale politie Sint-Niklaas, dienst Lokaal Informatiekruispunt (LIK), verlaat op 1 september 2021 de lokale politie Sint-Niklaas voor een loopbaanonderbreking van twee jaar met het verlofstelsel 'afwezigheid van lange duur wegens persoonlijke aangelegenheden' om te gaan werken bij het parket van Dendermonde. Hierdoor komt er een functie van assistent tijdelijk vrij. Omdat ondertussen een onthaalbediende intern zal verschuiven naar de dienst LIK, zal er een onthaalbediende minder zijn bij de meldkamer. Omdat de functie van onthaalbediende tot de sleutelfuncties van het korps behoort, wenst de korpschef de functie van onthaalbediende snel aan te werven met een tijdelijk vervangingscontract van bepaalde duur (maximum twee jaar). Dit is mogelijk door gebruik te maken van de functie van assistent bij de dienst LIK die door de tijdelijke afwezigheid van de titularis vrijkomt voor twee jaar. Omdat het om een snelle, doch tijdelijke, vervanging gaat, wenst de lokale politie Sint-Niklaas beroep te doen op een externe werving via VDAB. Streefdatum van indiensttreding is 1 september 2021.
De geïnteresseerde kandidaten moeten voor een selectiecommissie verschijnen die een rangschikking opmaakt van de meest geschikte tot de minst geschikte kandidaat. De samenstelling van de selectiecommissie wordt voorgelegd aan het college van burgemeester en schepenen. De tijdelijke aanstelling wordt daarna voorgelegd aan de burgemeester.
Koninklijk besluit van 30 maart 2001 tot regeling van de rechtspositie van het personeel van de politiediensten.
Koninklijk besluit van 20 november 2001 tot vaststelling van de nadere regels inzake de mobiliteit van het personeel van de politiediensten.
Koninklijk besluit van 20 december 2005, artikel 2, dat artikel IV.I.37 van het koninklijk besluit van 30 maart 2001 tot regeling van de rechtspositie van het personeel van de politiediensten vervangt.
Decreet lokaal bestuur, artikelen 40 en 41.
Omzendbrief GPI 15 van 24 januari 2002 betreffende de toepassing van de mobiliteitsregeling in de geïntegreerde politie, gestructureerd op twee niveaus, ten behoeve van de lokale verantwoordelijke overheden in de politiezones.
Omzendbrief GPI 23 van 12 juli 2002 over de commissies van geschiktheid van het personeel van de politiediensten.
Er is voldoende krediet beschikbaar op het personeelsbudget bij de politiezone om deze vervanging te kunnen financieren.
één functie van contractueel assistent (administratief en logistiek kader, niveau C) vacant te verklaren als onthaalbediende bij de meldkamer van de lokale politie Sint-Niklaas, en deze in te vullen via een vervangingscontract van bepaalde duur voor maximum twee jaar.
volgende selectiewijze vast te stellen:
- het houden van een interview met de verschillende kandidaten door de plaatselijke selectiecommissie, die een rangschikking van de kandidaten opmaakt;
- de functie niet toe te kennen op basis van anciënniteit van de kandidaten.
In het kader van deze opdracht werd door het team overheidsopdrachten in overleg met de betrokken dienst een bestek met nr '2021-021/OVA/kledij en schoenen politiezone' opgemaakt.
Volgende gunningscriteria worden voorgesteld:
- prijs 50 %;
- kwaliteit 40 %;
- werking van de online webshop 10%.
Er wordt geopteerd voor een looptijd van vier jaar. De indicatieve raming bedraagt 720.000 EUR, exclusief btw (871.200 EUR, inclusief btw).
Voor het objectief beoordelen van de ingediende offertes wordt voorgesteld een jury samen te stellen uit vertegenwoordigers van de betrokken dienst en een vertegenwoordiger van het team overheidsopdrachten.
Er wordt voorgesteld akkoord te gaan met de wijze van gunning, namelijk de openbare procedure (met Europese bekendmaking, de indicatieve raming (720.000 EUR + 151.200 EUR (21 % btw) = 871.200 EUR) en de voorwaarden van deze opdracht.
Europese richtlijn 2011/7/EU betreffende de nieuwe wettelijke betalingstermijnen voor lokale besturen.
Wet van 17 juni 2013 betreffende de motivering, de informatie en de rechtsmiddelen inzake overheidsopdrachten en bepaalde opdrachten voor werken, leveringen en diensten, gewijzigd bij wet van 16 februari 2017.
Wet van 17 juni 2016 betreffende de overheidsopdrachten voor aanneming van werken, leveringen en diensten, in het bijzonder artikel 42 § 1, 1°a en de daarbij behorende koninklijke besluiten en alle latere aanvullingen geldig op datum van bekendmaking.
Decreet lokaal bestuur, artikelen 40 en 41.
Koninklijk besluit van 18 april 2017 betreffende plaatsing overheidsopdrachten klassieke sectoren, en latere wijzigingen.
Raadsbeslissingen voor stad en OCMW van 21 juni 2019 houdende vaststelling van de definitie dagelijks bestuur.
Raadsbeslissingen voor stad en OCMW van 15 december 2020 houdende vaststelling van verrichtingen die niet worden beschouwd als zijnde van dagelijks bestuur.
De te volgen normen voor kledij en schoeisel, die eigen zijn aan de politie, werden opgenomen in het bestek.
Er is krediet voorzien op artikel 33001/124-05 in de politiebegroting.
akkoord te gaan met de wijze van gunning, namelijk de openbare procedure (met Europese bekendmaking), de indicatieve raming (720.000 EUR + 151.200 EUR (21 % btw) = 871.200 EUR) en de voorwaarden betreffende het afsluiten van een raamcontract voor leveren van kledij en schoenen voor de politiezone van de stad Sint-Niklaas gedurende vier jaar.
akkoord te gaan met het de samenstelling van de jury bestaande uit vertegenwoordigers van de betrokken dienst en een vertegenwoordiger van het team overheidsopdrachten.
De dienst logistiek, team feestelijkheden, is overgestapt naar de software Recreatex. Als gevolg hiervan worden een aantal gerichte wijzigingen voorgesteld in zowel de tarieven als de algemene en financiële principes uit het huidige retributiereglement.
Ook andere diensten zoals sport, ondersteuning cultuur en vrije tijd, Sinbad en het musea werken reeds met Recreatex.
In het rapport van de audit ontvangstenstromen (mei 2019) wordt gepleit voor het uniformiseren van tarieven. Er wordt onder meer vermeld dat een vereniging niet enerzijds onder een voordeeltarief kan vallen bij de cluster cultuur en anderzijds bij de dienst logistiek onder het basistarief. Er wordt gekozen zoveel mogelijk hetzelfde tarief en dezelfde voorwaarden te hanteren voor éénzelfde vereniging.
Er wordt maximaal gestreefd naar een uniform tarief binnen onze organisatie. Er kunnen enkel nog verschillen zitten in het huren van feestmaterialen of elektrisch materiaal enerzijds en het huren/gebruiken van infrastructuur (zaal, sportaccommodatie...) anderzijds. En dit zowel op het vlak van de annuleringsvoorwaarden als de tarieven. Het uitgangspunt is steeds dat er gekeken wordt naar wie iets organiseert.
Verduidelijking van de tarieven: het basistarief is 100 %, het voordeeltarief 50 %, het niet commercieel tarief 200 % en het commercieel tarief aan 400 %.
De simulaties zijn uitgevoerd op basis van het jaar 2019, een normaal, niet-corona jaar. In deze simulaties wordt geen rekening gehouden met annuleringsvergoedingen. Indien de voorgestelde wijzigingen worden doorgevoerd, is het voorstel quasi budgetneutraal.
Bij § 17 staan de uitzonderingen voor sportinfrastructuur vermeld.
Tevens zijn een aantal begrippen duidelijker gesteld in het retributiereglement:
- in samenwerking met: activiteiten waarvan het stadsbestuur medeorganisator is. Als enkel de naam van de stad wordt vermeld op de publiciteit voor de activiteit, wordt het stadsbestuur niet beschouwd als medeorganisator: deze activiteiten worden via een lijst bepaald door de dienst evenementen;
- de inrichters van activiteiten ter ondersteuning van een goed doel: een goed doel is een non-profit organisatie (stichting of vereniging) die private en/of publieke middelen, goederen of andere hulpmiddelen werft en deze beheert en besteedt om een doelstelling te verwezenlijken met het oog op een situatieverbetering van een andere groep/individu dan de oprichter(s)/leden zelf en waarvan de winst 100 % naar het goede doel gaat;
- erkende kermissen/wielerwedstrijden: deze worden vastgelegd via een collegebeslissing.
Voorgesteld wordt om de wijzigingen te laten ingaan vanaf 1 juli 2021. Zo is er nog tijd om de verschillende belanghebbenden in te lichten over (eventuele) wijzigingen.
Er worden ook tarieven toegevoegd voor de verhuur van instrumenten van de stedelijke academie voor muziek, woord en dans (§ 19 a.f). Dit is een huurprijs per schooljaar.
Grondwet, artikelen 41, 162 en 170 § 4.
Decreet van 30 mei 2008 betreffende de vestiging, de invordering en de geschillenprocedure van de provincie- en gemeentebelastingen, met latere aanvullingen en wijzigingen.
Decreet lokaal bestuur, artikel 40 en 41.
Gemeenteraadsbeslissing van 15 december 2020 betreffende het retributiereglement op het gebruik van diensten, infrastructuur en materieel, aangeboden door de gemeentelijke instellingen.
artikel 2: met 22 stemmen voor (N-VA, Groen, Open vld) en 19 stemmen tegen (Vlaams Belang, CD&V, Vooruit, PVDA)
met ingang van 1 juli 2021 de wijziging van het reglement 'Retributie op het gebruik van diensten, infrastructuur en materiaal, aangeboden door de gemeentelijke instellingen', met uitzonder van artikel 4 § 2 D, a, goed te keuren.
Een exemplaar van het gecoördineerde reglement wordt als bijlage aan de notulen van deze zitting gehecht.
met ingang van 1 juli 2021 de wijziging van artikel 4 § 2 D, a van het reglement 'Retributie op het gebruik van diensten, infrastructuur en materiaal, aangeboden door de gemeentelijke instellingen' goed te keuren.
De stad en haar OCMW vormen samen één rapporteringsentiteit en maken een geïntegreerde jaarrekening op. Juridisch blijven het echter twee afzonderlijke entiteiten. Daarom stemmen de gemeenteraad en de raad voor maatschappelijk welzijn elk over hun deel van de gezamenlijke jaarrekening. De gemeenteraad keurt ook het deel van de jaarrekening zoals vastgesteld door de raad voor maatschappelijk welzijn goed en stelt tenslotte ook de gezamenlijke jaarrekening van de stad en het OCMW definitief vast.
Nadat de rekeningen van de budgettaire en algemene boekhouding in overeenstemming zijn gebracht met de gegevens van de inventaris van al de bezittingen, rechten, vorderingen, schulden en verplichtingen, van de stad en het OCMW, worden ze samengevat opgenomen in het ontwerp van de jaarrekening.
De jaarrekening bevat volgende rapporten: een beleidsevaluatie, een financiële nota en een toelichting.
Het rapport beleidsevaluatie bevat, voor elke beleidsdoelstelling uit de strategische nota van het meerjarenplan, de mate van realisatie van de prioritaire actieplannen en de prioritaire beleidsdoelstelling waaraan ze gekoppeld zijn, met de bijbehorende ontvangsten en uitgaven voor exploitatie, investeringen en financiering voor het jaar 2020. Er zijn geen niet-prioritaire actieplannen of doelstellingen.
Er wordt achteraan het rapport verwezen naar de website van de stad waar het overzicht beschikbaar is met de omschrijving van alle beleidsdoelstellingen, actieplannen en acties.
De financiële nota van de jaarrekening bevat:
- de doelstellingenrekening (schema J1);
- de staat van het financieel evenwicht (schema J2);
- de realisatie van de kredieten (schema J3);
- de balans (schema J4);
- de staat van opbrengsten en kosten (schema J5).
De toelichting van de jaarrekening bevat alle informatie over de verrichtingen in het ontwerp van de jaarrekening die relevant is voor de raadsleden om met kennis van zaken een beslissing te kunnen nemen. Ze omvat:
- een overzicht van ontvangsten en uitgaven naar functionele aard (schema T1);
- een overzicht van ontvangsten en uitgaven naar economische aard (schema T2);
- de investeringsprojecten (schema T3);
- een overzicht van de evolutie van de financiële schulden (schema T4);
- een overzicht van de financiële risico’s met een omschrijving van die risico’s en van de middelen en mogelijkheden waarover het bestuur beschikt of kan beschikken om die risico’s te dekken;
- een toelichting bij de balans (schema T5);
- de waarderingsregels;
- de niet in de balans opgenomen rechten en verplichtingen en andere aanvullingen;
- de toelichting over de kosten, opbrengsten, uitgaven en ontvangsten met een buitengewone invloed op het budgettair resultaat van het boekjaar en het overschot of tekort van het boekjaar (met de materiële verschillen tussen de gerealiseerde en de geraamde ontvangsten en uitgaven);
- een overzicht van de overgedragen (gedeelten van) kredieten voor investeringen en financiering;
- een verwijzing naar de plaats waar de bijbehorende documentatie op de website van de stad beschikbaar is.
De documentatie bevat de volgende onderdelen:
- het overzicht van alle beleidsdoelstellingen die in de jaarrekening zijn opgenomen, met de bijbehorende actieplannen, acties, ontvangsten en uitgaven;
- een overzicht van de toegestane werkings- en investeringssubsidies van het boekjaar;
- een overzicht van de beleidsvelden per beleidsdomein;
- een overzicht van de verbonden entiteiten;
- een overzicht van de personeelsinzet;
- een overzicht van de opbrengst per belastingsoort.
met 22 stemmen voor (N-VA, Groen, Open Vld) en 19 stemmen tegen (Vlaams Belang, CD&V, Vooruit, PVDA)
kennis te nemen van de informatiebundel, bijkomend aan de jaarrekening 2020, die digitaal ter beschikking wordt gesteld aan de raad via de website.
De stad en haar OCMW vormen samen één rapporteringsentiteit en maken een geïntegreerde jaarrekening op. Juridisch blijven het echter twee afzonderlijke entiteiten. Daarom stemmen de gemeenteraad en de raad voor maatschappelijk welzijn elk over hun deel van de gezamenlijke jaarrekening. De gemeenteraad stelt ook het deel van de jaarrekening, zoals vastgesteld door de raad voor maatschappelijk welzijn, vast en stelt tenslotte ook de gezamenlijke jaarrekening van de stad en het OCMW definitief vast.
Nadat de rekeningen van de budgettaire en algemene boekhouding in overeenstemming zijn gebracht met de gegevens van de inventaris van al de bezittingen, rechten, vorderingen, schulden en verplichtingen, van de stad en het OCMW, worden ze samengevat opgenomen in het ontwerp van de jaarrekening.
De jaarrekening bevat volgende rapporten: een beleidsevaluatie, een financiële nota en een toelichting.
Het rapport beleidsevaluatie bevat, voor elke beleidsdoelstelling uit de strategische nota van het meerjarenplan, de mate van realisatie van de prioritaire actieplannen en de prioritaire beleidsdoelstelling waaraan ze gekoppeld zijn, met de bijbehorende ontvangsten en uitgaven voor exploitatie, investeringen en financiering voor het jaar 2020. Er zijn geen niet-prioritaire actieplannen of doelstellingen.
Er wordt achteraan het rapport verwezen naar de website van de stad waar het overzicht beschikbaar is met de omschrijving van alle beleidsdoelstellingen, actieplannen en acties.
De financiële nota van de jaarrekening bevat:
- de doelstellingenrekening (schema J1);
- de staat van het financieel evenwicht (schema J2);
- de realisatie van de kredieten (schema J3);
- de balans (schema J4);
- de staat van opbrengsten en kosten (schema J5).
De toelichting van de jaarrekening bevat alle informatie over de verrichtingen in het ontwerp van de jaarrekening die relevant is voor de raadsleden om met kennis van zaken een beslissing te kunnen nemen. Ze omvat:
- een overzicht van ontvangsten en uitgaven naar functionele aard (schema T1);
- een overzicht van ontvangsten en uitgaven naar economische aard (schema T2);
- de investeringsprojecten (schema T3);
- een overzicht van de evolutie van de financiële schulden (schema T4);
- een overzicht van de financiële risico’s met een omschrijving van die risico’s en van de middelen en mogelijkheden waarover het bestuur beschikt of kan beschikken om die risico’s te dekken;
- een toelichting bij de balans (schema T5);
- de waarderingsregels;
- de niet in de balans opgenomen rechten en verplichtingen en andere aanvullingen;
- de toelichting over de kosten, opbrengsten, uitgaven en ontvangsten met een buitengewone invloed op het budgettair resultaat van het boekjaar en het overschot of tekort van het boekjaar (met de materiële verschillen tussen de gerealiseerde en de geraamde ontvangsten en uitgaven);
- een overzicht van de overgedragen (gedeelten van) kredieten voor investeringen en financiering;
- een verwijzing naar de plaats waar de bijbehorende documentatie op de website van de stad beschikbaar is.
De documentatie bevat de volgende onderdelen:
- het overzicht van alle beleidsdoelstellingen die in de jaarrekening zijn opgenomen, met de bijbehorende actieplannen, acties, ontvangsten en uitgaven;
- een overzicht van de toegestane werkings- en investeringssubsidies van het boekjaar;
- een overzicht van de beleidsvelden per beleidsdomein;
- een overzicht van de verbonden entiteiten;
- een overzicht van de personeelsinzet;
- een overzicht van de opbrengst per belastingsoort.
kennis te nemen van de informatiebundel, bijkomend aan de jaarrekening 2020, die digitaal ter beschikking wordt gesteld aan de raad via de website.
De stad en haar OCMW vormen samen één rapporteringsentiteit en maken een geïntegreerde jaarrekening op. Juridisch blijven het echter twee afzonderlijke entiteiten. Daarom stemmen de gemeenteraad en de raad voor maatschappelijk welzijn elk over hun deel van de gezamenlijke jaarrekening. De gemeenteraad stelt ook het deel van de jaarrekening, zoals vastgesteld door de raad voor maatschappelijk welzijn, vast en stelt tenslotte ook de gezamenlijke jaarrekening van de stad en het OCMW definitief vast.
Nadat de rekeningen van de budgettaire en algemene boekhouding in overeenstemming zijn gebracht met de gegevens van de inventaris van al de bezittingen, rechten, vorderingen, schulden en verplichtingen, van de stad en het OCMW, worden ze samengevat opgenomen in het ontwerp van de jaarrekening.
De jaarrekening bevat volgende rapporten: een beleidsevaluatie, een financiële nota en een toelichting.
Het rapport beleidsevaluatie bevat, voor elke beleidsdoelstelling uit de strategische nota van het meerjarenplan, de mate van realisatie van de prioritaire actieplannen en de prioritaire beleidsdoelstelling waaraan ze gekoppeld zijn, met de bijbehorende ontvangsten en uitgaven voor exploitatie, investeringen en financiering voor het jaar 2020. Er zijn geen niet-prioritaire actieplannen of doelstellingen.
Er wordt achteraan het rapport verwezen naar de website van de stad waar het overzicht beschikbaar is met de omschrijving van alle beleidsdoelstellingen, actieplannen en acties.
De financiële nota van de jaarrekening bevat:
- de doelstellingenrekening (schema J1);
- de staat van het financieel evenwicht (schema J2);
- de realisatie van de kredieten (schema J3);
- de balans (schema J4);
- de staat van opbrengsten en kosten (schema J5).
De toelichting van de jaarrekening bevat alle informatie over de verrichtingen in het ontwerp van de jaarrekening die relevant is voor de raadsleden om met kennis van zaken een beslissing te kunnen nemen. Ze omvat:
- een overzicht van ontvangsten en uitgaven naar functionele aard (schema T1);
- een overzicht van ontvangsten en uitgaven naar economische aard (schema T2);
- de investeringsprojecten (schema T3);
- een overzicht van de evolutie van de financiële schulden (schema T4);
- een overzicht van de financiële risico’s met een omschrijving van die risico’s en van de middelen en mogelijkheden waarover het bestuur beschikt of kan beschikken om die risico’s te dekken;
- een toelichting bij de balans (schema T5);
- de waarderingsregels;
- de niet in de balans opgenomen rechten en verplichtingen en andere aanvullingen;
- de toelichting over de kosten, opbrengsten, uitgaven en ontvangsten met een buitengewone invloed op het budgettair resultaat van het boekjaar en het overschot of tekort van het boekjaar (met de materiële verschillen tussen de gerealiseerde en de geraamde ontvangsten en uitgaven);
- een overzicht van de overgedragen (gedeelten van) kredieten voor investeringen en financiering;
- een verwijzing naar de plaats waar de bijbehorende documentatie op de website van de stad beschikbaar is.
De documentatie bevat de volgende onderdelen:
- het overzicht van alle beleidsdoelstellingen die in de jaarrekening zijn opgenomen, met de bijbehorende actieplannen, acties, ontvangsten en uitgaven;
- een overzicht van de toegestane werkings- en investeringssubsidies van het boekjaar;
- een overzicht van de beleidsvelden per beleidsdomein;
- een overzicht van de verbonden entiteiten;
- een overzicht van de personeelsinzet;
- een overzicht van de opbrengst per belastingsoort.
kennis te nemen van de informatiebundel, bijkomend aan de jaarrekening 2020, die digitaal ter beschikking wordt gesteld aan de raad via de website.
Subsidies kunnen enkel worden toegekend in uitvoering van een subsidiereglement, een subsidieovereenkomst of een aparte nominatieve subsidielijst die door de gemeenteraad werd goedgekeurd. Het uitvoerend orgaan is bevoegd voor de goedkeuring van ingediende subsidie-aanvraagdossiers en voor de toekenning van subsidiebedragen, mits die aanvragen gebeuren binnen de geautoriseerde kredieten en voldoen aan de voorwaarden van een goedgekeurd subsidiereglement, een goedgekeurde subsidie-overeenkomst of op de goedgekeurde lijst van nominatieve subsidies zijn vermeld.
Naar aanleiding van de vaststelling van de aanpassing nr. 3 van de meerjarenplanning 2020-2025 wordt deze lijst voorgelegd.
Decreet lokaal bestuur, artikelen 40 en 41.
Besluit Vlaamse Regering over de beleids- en beheerscyclus van 30 maart 2018 met latere wijzigingen.
Gemeenteraadsbesluit van 21 juni 2019 met betrekking tot organisatiebeheersing: verbintenissen met betrekking tot subsidies.
met 22 stemmen voor (N-VA, Groen, Open Vld), 13 stemmen tegen (Vlaams Belang, CD&V) en 6 onthoudingen (Vooruit, PVDA)
naar aanleiding van de vaststelling van de aanpassing nr. 3 van de meerjarenplanning 2020-2025 de lijst met de nominatieve subsidies goed te keuren.
De lijst met de nominatieve subsidies, inclusief aanpassingen, wordt als bijlage aan de notulen van deze zitting gehecht.
De aanpassing van het meerjarenplan is geïntegreerd voor stad en OCMW en bestaat uit één bundel. De rapporten bevatten geconsolideerde bedragen en vertrekken vanuit de doelstellingenboom (doelstelling-actieplan) die voor beide besturen dezelfde is. Toch moet elk bestuur eerst zijn aandeel apart vaststellen vooraleer de integrale versie door de gemeenteraad kan worden vastgesteld. Voor de uitvoering van de doelstellingen door het aangaan van verbintenissen en voor de concrete ontvangsten en uitgaven, zijn de stad en het OCMW twee afzonderlijke budgettaire entiteiten met elk hun eigen kredieten en transacties. Omdat stad en OCMW aparte rechtspersonen zijn, stelt elke raad eerst het beleid vast van de eigen rechtspersoon. De kredieten voor beiden komen tot uiting in het schema M3 (overzicht kredieten).
Artikel 274 van het decreet lokaal bestuur bepaalt dat de gemeente ervoor moet zorgen dat het OCMW zijn financiële verplichtingen kan nakomen. Dat verloopt echter niet meer zoals vroeger via de opname van een geraamde gemeentelijke bijdrage in het meerjarenplan, maar door een tussenkomst in de financiële verplichtingen van het OCMW bij de vaststelling van de jaarrekening en de resultaatsverwerking die erin is opgenomen. Omdat de stad de financiële gevolgen moet dragen van de keuzes die de raad voor maatschappelijk welzijn maakt, is het nodig dat de stad eerst zijn goedkeuring geeft aan het aandeel van het OCMW in het meerjarenplan, vooraleer het volledig geïntegreerde meerjarenplan wordt vastgesteld.
Samenstelling bundel meerjarenplan:
1. inleiding;
2. strategische nota;
2.1. strategische tekst bij de meerjarenplanning;
2.2. omschrijving en geraamde ontvangsten en uitgaven per prioritair actieplan en beleidsdoelstelling;
3. financiële nota;
3.1. financieel doelstellingenplan (M1);
3.2. staat financieel evenwicht (M2);
3.3. overzicht kredieten (M3);
4. toelichting;
4.1. overzicht ontvangsten en uitgaven – functioneel (T1);
4.2. overzicht ontvangsten en uitgaven – economisch (T2);
4.3. investeringsprojecten – per prioritair actieplan (T3);
4.4. evolutie financiële schulden (T4);
4.5. financiële risico's;
4.6. beschrijving grondslagen en assumpties;
4.7. plaats waar de aanvullende documentatie te vinden is.
Daarnaast wordt aan de raad ook een informatiebundel ter beschikking gesteld, die enkel digitaal wordt voorzien, met volgende onderdelen:
a. omgevingsanalyse;
b. overzicht beleidsdoelstellingen, actieplannen, acties en geraamde bedragen;
c. toegestane werkings- en investeringssubsidies;
d. samenstelling beleidsdomeinen;
e. overzicht verbonden entiteiten;
f. overzicht renteloze leningen;
g. personeelsinzet waarvan uitgegaan is voor de raming van de personeelsuitgaven;
h. overzicht jaarlijkse opbrengst per belastingsoort.
Decreet lokaal bestuur, artikelen 40 en 41.
Besluit van de Vlaamse Regering van 30 maart 2018 over de beleids- en beheerscyclus van de lokale besturen met latere wijziging.
Besluit van de Vlaamse Regering van 20 april 2018 betreffende de bekendmaking en raadpleegbaarheid van besluiten en stukken van het lokaal bestuur.
Besluit van de Vlaamse Regering van 20 april 2018 tot vaststelling van de wijze van communicatie tussen het lokaal bestuur, de indiener van de klacht en de toezichthoudende overheid in het kader van het bestuurlijk toezicht op het lokaal bestuur.
Ministerieel besluit tot vaststelling van de modellen en de nadere voorschriften van de beleidsrapporten, de rekeningenstelsels en de digitale rapportering van de beleids- en beheerscyclus van 26 juni 2018.
Omzendbrief KB/ABB 2020/3 over de aanpassing van de meerjarenplannen 2020-2025 van de lokale en provinciale besturen volgens de beleids- en beheerscyclus.
Besluit van 15 december 2020 van de raad voor maatschappelijk welzijn tot vaststelling van het aandeel OCMW in de geïntegreerde meerjarenplanning stad en OCMW.
Besluit van 15 december 2020 van de gemeenteraad tot vaststelling van het aandeel stad in de geïntegreerde meerjarenplanning stad en OCMW.
Besluit van 15 december 2020 van de gemeenteraad tot goedkeuring van de OCMW-beslissing waarbij het aandeel OCMW in de geïntegreerde meerjarenplanning stad en OCMW werd vastgesteld.
het aandeel van het OCMW in de geïntegreerde aanpassing nr. 3 van het meerjarenplan 2020-2025 voor stad en OCMW goed te keuren.
Een exemplaar van de geïntegreerde aanpassing nr. 3 van het meerjarenplan wordt als bijlage aan de notulen van deze zitting gehecht.
kennis te nemen van de informatiebundel, bijkomend aan de aanpassing nr. 3 van het meerjarenplan 2020-2025, die digitaal ter beschikking wordt gesteld aan de raad via de website.
De aanpassing van het meerjarenplan is geïntegreerd voor stad en OCMW en bestaat uit één bundel. De rapporten bevatten geconsolideerde bedragen en vertrekken vanuit de doelstellingenboom (doelstelling-actieplan) die voor beide besturen dezelfde is. Toch moet elk bestuur eerst zijn aandeel apart vaststellen, vooraleer de integrale versie door de gemeenteraad kan worden vastgesteld. Voor de uitvoering van de doelstellingen door het aangaan van verbintenissen en voor de concrete ontvangsten en uitgaven, zijn de stad en het OCMW twee afzonderlijke budgettaire entiteiten met elk hun eigen kredieten en transacties. Omdat stad en OCMW aparte rechtspersonen zijn, stelt elke raad eerst het beleid vast van de eigen rechtspersoon. De kredieten voor beiden komen tot uiting in het schema M3.
Samenstelling bundel meerjarenplan
1. inleiding;
2. strategische nota;
2.1. strategische tekst bij de meerjarenplanning;
2.2. omschrijving en geraamde ontvangsten en uitgaven per prioritair actieplan en beleidsdoelstelling;
3. financiële nota;
3.1. financieel doelstellingenplan (M1);
3.2. staat financieel evenwicht (M2);
3.3. overzicht kredieten (M3);
4. toelichting;
4.1. overzicht ontvangsten en uitgaven – functioneel (T1);
4.2. overzicht ontvangsten en uitgaven – economisch (T2);
4.3. investeringsprojecten – per prioritair actieplan (T3);
4.4. evolutie financiële schulden (T4);
4.5. financiële risico's;
4.6. beschrijving grondslagen en assumpties;
4.7. plaats waar de aanvullende documentatie te vinden is.
Daarnaast wordt aan de raad ook een informatiebundel ter beschikking gesteld, die enkel digitaal wordt voorzien, met volgende onderdelen:
a. omgevingsanalyse;
b. overzicht beleidsdoelstellingen, actieplannen, acties en geraamde bedragen;
c. toegestane werkings- en investeringssubsidies;
d. samenstelling beleidsdomeinen;
e. overzicht verbonden entiteiten;
f. overzicht renteloze leningen;
g. personeelsinzet waarvan uitgegaan is voor de raming van de personeelsuitgaven;
h. overzicht jaarlijkse opbrengst per belastingsoort.
Decreet lokaal bestuur, deel 2 titel 4.
Besluit van de Vlaamse Regering van 30 maart 2018 over de beleids- en beheerscyclus van de lokale besturen met latere wijziging.
Besluit van de Vlaamse Regering van 20 april 2018 betreffende de bekendmaking en raadpleegbaarheid van besluiten en stukken van het lokaal bestuur.
Besluit van de Vlaamse Regering van 20 april 2018 tot vaststelling van de wijze van communicatie tussen het lokaal bestuur, de indiener van de klacht en de toezichthoudende overheid in het kader van het bestuurlijk toezicht op het lokaal bestuur.
Ministerieel besluit tot vaststelling van de modellen en de nadere voorschriften van de beleidsrapporten, de rekeningenstelsels en de digitale rapportering van de beleids- en beheerscyclus van 26 juni 2018.
Omzendbrief KB/ABB 2020/3 over de aanpassing van de meerjarenplannen 2020-2025 van de lokale en provinciale besturen volgens de beleids- en beheerscyclus.
Besluit van 15 december 2020 van de raad voor maatschappelijk welzijn tot vaststelling van het aandeel OCMW in de geïntegreerde meerjarenplanning stad en OCMW.
Besluit van 15 december 2020 van de gemeenteraad tot vaststelling van het aandeel stad in de geïntegreerde meerjarenplanning stad en OCMW.
Besluit van 15 december 2020 van de gemeenteraad tot goedkeuring van de OCMW-beslissing waarbij het aandeel OCMW in de geïntegreerde meerjarenplanning stad en OCMW werd vastgesteld.
het aandeel van de stad in de geïntegreerde aanpassing nr. 3 van het meerjarenplan 2020-2025 voor stad en OCMW vast te stellen.
Een exemplaar van de geïntegreerde aanpassing nr. 3 van het meerjarenplan wordt als bijlage aan de notulen van deze zitting gehecht.
kennis te nemen van de informatiebundel, bijkomend aan de aanpassing nr. 3 van het meerjarenplan 2020-2025, die digitaal ter beschikking wordt gesteld aan de raad via de website.
De aanpassing nr. 3 van de meerjarenplanning is geïntegreerd voor stad en OCMW en bestaat uit één bundel. De wettelijke rapporten zijn geconsolideerd en vertrekken vanuit de doelstellingenboom (doelstelling-actieplan) die voor beide besturen dezelfde is. Het aandeel van elk bestuur in de kredieten werd vooraf vastgesteld en, voor wat het aandeel van het OCMW betreft, ook door de stad vastgesteld. Nu ligt de beslissing over de geïntegreerde aanpassing nr. 3 van het meerjarenplan 2020-2025 voor stad en OCMW voor ter vaststelling.
Samenstelling bundel meerjarenplan:
1. inleiding;
2. strategische nota;
2.1. strategische tekst bij de meerjarenplanning;
2.2. omschrijving en geraamde ontvangsten en uitgaven per prioritair actieplan en beleidsdoelstelling;
3. financiële nota;
3.1. financieel doelstellingenplan (M1);
3.2. staat financieel evenwicht (M2);
3.3. overzicht kredieten (M3);
4. toelichting;
4.1. overzicht ontvangsten en uitgaven – functioneel (T1);
4.2. overzicht ontvangsten en uitgaven – economisch (T2);
4.3. investeringsprojecten – per prioritair actieplan (T3);
4.4. eEvolutie financiële schulden (T4);
4.5. financiële risico's;
4.6. beschrijving grondslagen en assumpties;
4.7. plaats waar de aanvullende documentatie te vinden is.
Daarnaast wordt aan de raad ook een informatiebundel ter beschikking gesteld, die enkel digitaal wordt voorzien, met volgende onderdelen:
a. omgevingsanalyse;
b. overzicht beleidsdoelstellingen, actieplannen, acties en geraamde bedragen;
c. toegestane werkings- en investeringssubsidies;
d. samenstelling beleidsdomeinen;
e. overzicht verbonden entiteiten;
f. overzicht renteloze leningen;
g. personeelsinzet waarvan uitgegaan is voor de raming van de personeelsuitgaven;
h. overzicht jaarlijkse opbrengst per belastingsoort.
Na de goedkeuring op 25 juni 2021 wordt de digitale rapportering aan Vlaanderen bezorgd via de software en worden de bundels opgeladen op de website (luik meerjarenplannen en budgetten) aangezien deze vorm van publicatie een bijkomende toezichtvoorwaarde is geworden.
Decreet lokaal bestuur, artikelen 40 en 41.
Besluit van de Vlaamse Regering van 30 maart 2018 over de beleids- en beheerscyclus van de lokale besturen met latere wijziging.
Besluit van de Vlaamse Regering van 20 april 2018 betreffende de bekendmaking en raadpleegbaarheid van besluiten en stukken van het lokaal bestuur.
Besluit van de Vlaamse Regering van 20 april 2018 tot vaststelling van de wijze van communicatie tussen het lokaal bestuur, de indiener van de klacht en de toezichthoudende overheid in het kader van het bestuurlijk toezicht op het lokaal bestuur.
Ministerieel besluit tot vaststelling van de modellen en de nadere voorschriften van de beleidsrapporten, de rekeningenstelsels en de digitale rapportering van de beleids- en beheerscyclus van 26 juni 2018.
Omzendbrief KB/ABB 2020/3 over de aanpassing van de meerjarenplannen 2020-2025 van de lokale en provinciale besturen volgens de beleids- en beheerscyclus.
Besluit van 15 december 2020 van de raad voor maatschappelijk welzijn tot vaststelling van het aandeel OCMW in de geïntegreerde meerjarenplanning stad en OCMW.
Besluit van 15 december 2020 van de gemeenteraad tot vaststelling van het aandeel stad in de geïntegreerde meerjarenplanning stad en OCMW.
Besluit van 15 december 2020 van de gemeenteraad tot goedkeuring van de OCMW-beslissing waarbij het aandeel OCMW in de geïntegreerde meerjarenplanning stad en OCMW werd vastgesteld.
de geïntegreerde aanpassing nr. 3 van het meerjarenplan 2020-2025 voor stad en OCMW vast te stellen.
Een exemplaar van de geïntegreerde aanpassing nr. 3 van het meerjarenplan wordt als bijlage aan de notulen van deze zitting gehecht.
kennis te nemen van de informatiebundel, bijkomend aan de aanpassing nr. 3 van het meerjarenplan 2020-2025, die digitaal ter beschikking wordt gesteld aan de raad via de website.
De stad Sint-Niklaas is in 1958 toegetreden tot de toenmalige erkende sociale kredietmaatschappij Onze Wase Thuis nv.
Het college van burgemeester en schepenen in zitting van 4 maart 2019 besliste om het lidmaatschap in Kredietmaatschappij Onze Thuis nv niet langer te behouden.
Het stopzetten van het lidmaatschap betekent ook dat het aandeelhouderschap in deze naamloze vennootschap stopt en dat de aandelen van de stad kunnen worden verkocht.
Er werd door Onesto Kredietmaatschappij, de hoofdaandeelhouder, een overnamebod voor de aandelen van de stad in Kredietmaatschappij Onze Thuis gedaan ten belope van het dubbele van de opgetekende kapitaalsfractie, zijnde 10.167,90 EUR.
Er wordt ondertussen ook een fusieoperatie tussen Kredietmaatschappij Onze Thuis nv en twee andere kredietmaatschappijen van de Groep Onesto aangekondigd. Deze staat gepland tegen 30 juni 2021. Binnenkort zal het fusievoorstel aan de aandeelhouders worden gepresenteerd.
Indien een bestuur, aandeelhouder, een stem wenst uit te brengen op de buitengewone algemene vergadering die beslist over de fusie, dan zal de gemeenteraad zich daarover moeten uitspreken en een vertegenwoordiger aanstellen. Vermits het college van burgemeester en schepenen reeds besliste om uit te stappen kan de optie om de aandelen te verkopen worden gelicht.
Decreet Lokaal Bestuur artikelen 40, 41 en 78.
akkoord te gaan met de verkoop van de aandelen aangehouden door de stad in Kredietmaatschappij Onze Thuis nv volgens de geboden verkoopprijs door Onesto Kredietmaatschappij (de hoofdaandeelhouder) ten bedrage van 10.167,90 EUR.
niet in te gaan op het voorstel van Onesto om een vertegenwoordiger aan te duiden op de buitengewone vergadering die beslist over de fusie.
Naar aanleiding van de audit informatieveiligheid, waarvan we het finaal aangepaste rapport ontvingen op 28 mei 2021, kregen we van Audit Vlaanderen de volgende beoordeling van ons kader voor organisatiebeheersing: 'Het lokaal bestuur beschikt over een kader voor organisatiebeheersing. Hierin is opgenomen op welke wijze jaarlijks gerapporteerd zal worden aan de raden. De wijze waarop en de frequentie waarmee de organisatie in de toekomst zal stilstaan bij de eigen werking is niet expliciet opgenomen in het kader.'
Deze beoordeling komt onverwacht, gezien we in 2019 duidelijk hebben gedefinieerd uit welke elementen ons organisatiesysteem bestaat, inclusief evaluatie van de eigen werking door audits, door toetsing van de themarapporten van Audit Vlaanderen en door zelfevaluatie op basis van de leidraad organisatiebeheersing van Vlaanderen. Uit navraag leren we dat de oorzaak van deze beoordeling ligt in de verwarring bij de gebruikte begrippen. Audit Vlaanderen hanteert deze definities:
- organisatiebeheersingssysteem: bepaalt hoe het bestuur de organisatiebeheersing organiseert, met inbegrip van de te nemen beheersmaatregelen, procedures en de aanwijzing van de verantwoordelijke organen/personen en de rapporteringsverplichtingen;
- kader: op maat uitgewerkte en vastgelegde afspraken over de wijze waarop een bestuur in alle transparantie werkt aan de versterking van haar organisatiebeheersing. Dit kader ‘voedt’ en ‘onderhoudt’ het organisatiebeheersingssysteem;
- model, gids: een doordacht en systematisch uitgewerkt instrument dat ondersteuning biedt bij de versterking van organisatiebeheersing;
- aanpak/ontwikkeling: operationele vertaling van het kader. Hoe pakt de organisatie het aan, hoe vult de organisatie het kader (meer dan de periodiciteit) in? Hoe gaat het management dagelijks te werk?
Deze zaken zijn terug te vinden in de beslissingen rond organisatiebeheersing die eerder werden genomen, maar nergens samen:
- besluit gemeenteraad/raad voor maatschappelijk welzijn van 21 juni 2019: nieuw systeem organisatiebeheersing voor stad en OCMW vanaf 1 juli 2019;
- besluit gemeenteraad van 26 september 2014: voorstel voor de aanpak van organisatiebeheersing stad;
- nota 17 mei 2010: startnota interne controlesysteem OCMW.
Door het ontbreken van een geïntegreerd kader en door verwijzingen naar gedateerde beslissingen duiken verwarring, tegenstrijdigheden en archaïsmen op. Met dit besluit wordt de inhoud van deze beslissingen verwerkt in een nieuw en geactualiseerd kader voor organisatiebeheersing waarin wordt opgenomen dat stad en OCMW:
- zich baseren op het model van Audit Vlaanderen;
- de leidraad 'organisatiebeheersing' gebruiken als toetsingskader voor zelfevaluatie en hoe dit wordt aangepakt;
- hoe stad en OCMW rapporteren over organisatiebeheersing.
Het kader installeert terugkerende patronen (bijvoorbeeld het gebruik van steeds hetzelfde model) en laat toe dat het politieke niveau, het management en auditerende organisaties met ‘eenzelfde bril’ naar de organisatie kijken.
Er wordt ook gevolg gegeven aan de aanbeveling van Audit Vlaanderen om de eigen werking te toetsen aan de hand van de volledig leidraad, en niet hoofdstuk per hoofdstuk zoals opgenomen in de gemeenteraadsbeslissing van 21 juni 2019. Hierdoor duurt het volgens Audit Vlaanderen te lang om een volledig zicht te krijgen op al de management- en ondersteunende processen. Bovendien is het niet mogelijk om risico’s van verschillende thema’s met elkaar te vergelijken en kijken we door een thematische bril in plaats van een organisatorische benadering. De volledige oefening wordt minstens één keer per nieuwe bestuursperiode gemaakt, met halverwege een actualisatie. Voor de huidige bestuursperiode zijn/worden we door een externe organisatie geauditeerd op 7 van de 10 thema's uit de leidraad en vullen we die resultaten aan met een zelfevaluatie op de resterende hoofdstukken.
Het document als bijlage wordt het nieuwe kader en dient als een raamwerk voor alle initiatieven en rapporteringen inzake organisatiebeheersing.
Worden omschreven:
- het regelgevend kader;
- de reikwijdte van ons organisatiebeheersingssysteem;
- de mogelijkheden voor externe evaluatie;
- het model waarop we ons baseren voor interne zelfevaluatie;
- hoe we de zelfevaluatie aanpakken; de beoordeling van de risico’s, de bepaling van prioriteiten en beheersmaatregelen;
- de rapportering en periodieke opvolging.
Decreet lokaal bestuur, deel 2 titel 2 hoofdstuk 5.
Beslissing van de gemeenteraad in zitting van 21 juni 2019 houdende goedkeuring van het nieuwe organisatiebeheersingssysteem voor stad en OCMW.
het geactualiseerd en geïntegreerde kader voor de aanpak van organisatiebeheersing met ingang van 1 juli 2021, voor stad en OCMW, goed te keuren.
Een exemplaar van het kader voor aanpak wordt als bijlage aan de notulen van deze zitting gehecht.
de besluiten van de gemeenteraad in zitting van 21 juni 2019 houdende goedkeuring van het nieuwe organisatiebeheersingssysteem voor stad en OCMW en van 26 september 2014 houdende het voorstel voor de aanpak van organisatiebeheersing stad, op te heffen met ingang van 1 juli 2021.
Het auditcomité is als volgt samengesteld:
voorzitter: Peter Buysrogge, schepen;
leden:
- Carl Hanssens, schepen;
- Bart De Bruyne, schepen;
- Joost Robbe, directeur Interne Audit stad en OCMW Gent;
- Luc Nouwen, directeur Audio
- Johan Verhulst, algemeen directeur stad en OCMW;
- Bart Foubert, financieel directeur stad en OCMW;
- secretaris: Veerle Verhoestraete, beleidsadviseur team beleidsondersteuning.
De heer Tarik Van Ballaer is sedert 17 mei 2021 in dienst als adjunct-algemeen directeur. Hij zal zich, op basis van een taakverdeling met de algemeen directeur, focussen op de interne werking van onze organisatie. Daarom is het aangewezen hem mee op te nemen in het auditcomité.
Decreet lokaal bestuur, artikelen 40 en 41.
Raadsbeslissing van 18 december 2015 houdende de toetreding tot de vereniging Audio, goedkeuring van het auditcharter en aanstelling leden audit-comité.
Raadsbeslissing van 22 februari 2019 houdende vaststelling auditcharter en goedkeuring samenstelling auditcomité
de heer Tarik Van Ballaer, adjunct-algemeen directeur stad en OCMW, als lid toe te voegen aan het auditcomité voor stad en OCMW.
Organisatiebeheersing is het geheel van maatregelen en procedures die ontworpen zijn om een redelijke zekerheid te verschaffen dat de organisatie:
- de vastgelegde doelstellingen bereikt en de risico’s om deze te bereiken kent en beheerst;
- wetgeving en procedures naleeft;
- over betrouwbare financiële en beheersrapportering beschikt;
- op een effectieve en efficiënte wijze werkt en de beschikbare middelen economisch inzet;
- de activa beschermt en fraude voorkomt.
Het systeem voor organisatiebeheersing werd op 21 juni 2019 gemeenschappelijk vastgelegd voor de stad en het OCMW. In toepassing van het nieuwe decreet lokaal bestuur werd aan organisatiebeheersing een veel bredere rol toebedeeld. Naast de audits maken ook deze thema's deel uit van het systeem: zelfevaluaties, projecten, klachtenbehandeling, politiek-ambtelijke afspraken, financiën, personeel, preventie en bescherming op het werk, procedures en afspraken en informatieveiligheid.
De algemeen directeur rapporteert jaarlijks aan het college van burgemeester en schepenen, de gemeenteraad, het vast bureau en de raad voor maatschappelijk welzijn
over de organisatiebeheersing. Die rapportering gebeurt jaarlijks uiterlijk vóór 30 juni van het daaropvolgende jaar. Het verslag Organisatiebeheersing 2019 verliep vanaf 1 januari 2019 tot 1 juni 2020. Voor de jaarlijkse rapportering die nu voor ligt sluiten we hierop aan en loopt de rapporteringsperiode van 1 juni 2020 tot 1 juni 2021. Er wordt een overzicht gegeven van de stand van zaken van de acties ondernomen in het kader van organisatiebeheersing in 2020 en de planning voor 2021 en 2022.
De acties worden beheerd in de tabel ‘Planning en opvolging organisatiebeheersing’, die als bijlage bij dit verslag wordt gevoegd. In deze tabel wordt elke beheersmaatregel gekoppeld aan de bron van risicodetectie, een omschrijving, een eigenaar, een timing en een status. De audits van Audio en Audit Vlaanderen zijn opgenomen in de tabel onder een algemene noemer. De acties zijn opgenomen en worden opgevolgd in aparte documenten, opgesteld door de auditdiensten met bijhorende instructies. In het verslag wordt daarom uitvoerig ingegaan op de stand van zaken met betrekking tot de audits die lopende en gepland zijn.
Decreet lokaal bestuur, deel 2 titel 2 hoofdstuk 5.
Beslissing van de gemeenteraad in zitting van 21 juni 2019 houdende goedkeuring van het nieuwe organisatiebeheersingssysteem voor stad en OCMW.
kennis te nemen van het rapport organisatiebeheersing 2020 en de planning voor 2021 en 2022.
Een exemplaar van dit rapport en de planning worden als bijlage aan de notulen van deze zitting gehecht.
Bij de uitvoering van voorliggende ontwerpopdracht zullen verschillende disciplines moeten worden betrokken, waaronder :
- ontwerpen op het vlak van infrastructuur en omgeving;
- EPB-verslaggeving;
- bijzondere technieken, onder meer verbonden met de voorziene sportinfrastructuur.
De uitgave voor de opdracht 'sportkringpark site Puyenbeke: aanstellen ontwerper' wordt indicatief geraamd op 206.611,57 EUR, exclusief btw. Er wordt voorgesteld de opdracht te gunnen bij wijze van de mededingingsprocedure met onderhandeling.
Deze raming overschrijdt de limieten van de Europese bekendmaking niet, maar zal behandeld worden als een opdracht die de limieten voor Europese bekendmaking overschrijdt.
De beoordeling van de offertes zal gebeuren door de diensten overheidsopdrachten, sport, projecten gebouwen, projecten openbaar domein, plannen en ontwikkelen, beleidsondersteuning en de afdeling financiën, hierin begeleid door Rasschaert Advocaten.
Europese richtlijn 2011/7/EU betreffende de nieuwe wettelijke betalingstermijnen voor lokale besturen.
Wet van 17 juni 2013 betreffende de motivering, de informatie en de rechtsmiddelen inzake overheidsopdrachten en bepaalde opdrachten voor werken, leveringen en diensten, gewijzigd bij wet van 16 februari 2017.
Wet van 17 juni 2016 inzake overheidsopdrachten, meer bepaald artikel 36, en de daarbij behorende koninklijke besluiten en alle latere aanvullingen geldig op datum van bekendmaking.
Koninklijk besluit van 18 april 2017 betreffende plaatsing overheidsopdrachten klassieke sectoren, en latere wijzigingen.
Decreet lokaal bestuur, artikelen 40 en 41.
Raadsbeslissingen voor stad en OCMW van 21 juni 2019 houdende vaststelling van de definitie dagelijks bestuur.
Raadsbeslissingen voor stad en OCMW van 15 december 2020 houdende vaststelling van verrichtingen die niet worden beschouwd als zijnde van dagelijks bestuur.
Gunstig advies van de sportraad na de vergadering van 8 juni 2021. De sportraad documenteert zich ondertussen verder over mogelijke modelconcepten voor invulling van de open sportterreinen.
de gunningsvoorwaarden, het bestek en de indicatieve raming, zijnde 206.611,57 EUR, exclusief btw, voor de opdracht 'sportkringpark site Puyenbeke: aanstellen ontwerper', opgesteld door de dienst overheidsopdrachten en administratie, goed te keuren.
bovengenoemde opdracht te gunnen bij wijze van de mededingingsprocedure met onderhandeling.
de aankondiging van de opdracht in te vullen en bekend te maken op nationaal en Europees niveau.
de uitgave te verrekenen op AC000663/MJP000991.
Met Project 33 ambieert de stad Sint-Niklaas om een sterk participatief artistiek project te realiseren. Het project situeert zich rond de 33 pijlers van de spoorwegbrug aan de Spoorweglaan. De brug loodst moeiteloos treinen door de stad, maar laat op straatniveau een ietwat troosteloze onbenutte ruimte achter.
In het kader van deze opdracht werd een bestek met nr. 2021/041aa 'uitvoering project 33' opgesteld door de dienst overheidsopdrachten en administratie.
Deze opdracht is opgedeeld in volgende percelen:
- perceel 1 (groen - ontwerp en uitvoering);
- perceel 2 (beeld - ontwerp en uitvoering);
- perceel 3 (streetart - ontwerp en uitvoering).
De totale uitgave voor deze opdracht wordt indicatief geraamd op 450.000 EUR, inclusief btw.
Er wordt voorgesteld de opdracht te gunnen bij wijze van vereenvoudigde onderhandelingsprocedure met voorafgaande bekendmaking.
Europese richtlijn 2011/7/EU betreffende de nieuwe wettelijke betalingstermijnen voor lokale besturen.
Wet van 17 juni 2013 betreffende de motivering, de informatie en de rechtsmiddelen inzake overheidsopdrachten en bepaalde opdrachten voor werken, leveringen en diensten, gewijzigd bij wet van 16 februari 2017.
Wet van 17 juni 2016 inzake overheidsopdrachten, meer bepaald artikel 36, en de daarbij behorende koninklijke besluiten en alle latere aanvullingen geldig op datum van bekendmaking.
Koninklijk besluit van 18 april 2017 betreffende plaatsing overheidsopdrachten klassieke sectoren, en latere wijzigingen.
Decreet lokaal bestuur, artikelen 40 en 41.
Raadsbeslissingen voor stad en OCMW van 21 juni 2019 houdende vaststelling van de definitie dagelijks bestuur.
Raadsbeslissingen voor stad en OCMW van 15 december 2020 houdende vaststelling van verrichtingen die niet worden beschouwd als zijnde van dagelijks bestuur.
met 34 stemmen voor (N-VA, Groen, Open Vld, CD&V, Vooruit, PVDA) en 7 onthoudingen (Vlaams Belang)
het bestek met nr. 2021/041aa en de indicatieve raming voor de opdracht 'uitvoering project 33', opgesteld door de dienst overheidsopdrachten en administratie, goed te keuren. De lastvoorwaarden worden vastgesteld zoals voorzien in het bestek en zoals opgenomen in de algemene uitvoeringsregels van de overheidsopdrachten voor aannemingen van werken, leveringen en diensten. De indicatieve raming bedraagt 450.000 EUR, inclusief btw.
bovengenoemde opdracht te gunnen bij wijze van vereenvoudigde onderhandelingsprocedure met voorafgaande bekendmaking.
de aankondiging van de opdracht in te vullen en bekend te maken op nationaal niveau.
de uitgave te verrekenen op MJP001521 - AC000611.
In de Pastoor Copstraat en Pastoor Stepmanlaan wordt een gescheiden rioleringsstelsel aangelegd en wordt de wegenis integraal vernieuwd. De verbreding van deze toegangsweg is noodzakelijk als ontsluiting van de wijk tijdens deze werken. Na de werken wordt deze weg ingericht als brandweg. Het verbreden van de weg beantwoordt aan de doelstellingen en principes die opgenomen zijn in de artikelen 3 en 4 van het decreet gemeentewegen van 3 mei 2019.
De stad wenst de nodige gronden aan te kopen. Hiervoor werd een schattingsverslag opgemaakt. Er is een akkoord met de eigenaars voor alle innemingen die noodzakelijk zijn voor de werken. Verschillende aankoopaktes werden ondertussen verleden.
Tijdens het openbaar onderzoek, dat werd gehouden van 3 mei tot en met 1 juni 2021, werden geen bezwaren, maar wel één opmerking ingediend. De opmerking gaat over het feit dat er gesteld wordt dat er met de eigenaars voor alle innemingen die noodzakelijk zijn voor de werken een akkoord is maar de betrokkene laat weten dat ze over de innemingen, waarvan zij grondeigenaar is, nog niet gecontacteerd werd en vraagt hier verduidelijking over.
Het gaat hier over innemingen 6, 7 en 8 op het rooilijnplan (nummers 5, 6 en 7 op het innemingsplan). Om de werken te kunnen uitvoeren zijn deze innemingen niet onmiddellijk noodzakelijk, aangezien hier niet op gewerkt zal worden voor de realisatie van de toegangsweg. Deze moeten wel gebeuren voor het realiseren van de rooilijn. De betrokkene zal binnenkort gecontacteerd worden om de stroken grond aan te kopen.
De deputatie en het departement mobiliteit en openbare werken brachten geen advies uit binnen de termijn van het openbaar onderzoek, waardoor aan de adviesvereiste mag worden voorbijgegaan.
Decreet lokaal bestuur, artikelen 40 en 41.
Decreet houdende de gemeentewegen van 3 mei 2019.
kennis te nemen van de opmerking die ingediend werd tijdens het openbaar onderzoek, dat werd gehouden van 3 mei 2021 tot en met 1 juni 2021 naar aanleiding van de voorlopige vaststelling van het ontwerp rooilijnplan toegangsweg Vossekotstraat 44 tot Pastoor Stepmanlaan.
het rooilijnplan toegangsweg Vossekotstraat 44 tot Pastoor Stepmanlaan, opgemaakt door Irtas op 22 januari 2021, definitief vast te stellen.
Een exemplaar van het rooilijnplan toegangsweg Vossekotstraat 44 tot Pastoor Stepmanlaan
wordt als bijlage aan de notulen van deze zitting gehecht.
De ontwerpopdracht voor het 'Uitvoeren van wegen- en rioleringswerken voor de straat van de toekomst' werd gegund aan Maarch, Belpairestraat 31, 2600 Berchem. In het kader van deze opdracht werd een bestek met nr. 2019/045aa opgesteld door de ontwerper. De uitgave voor deze opdracht wordt indicatief geraamd op 958.970,64 EUR, exclusief btw.
Er wordt voorgesteld de opdracht te gunnen bij wijze van de openbare procedure.
Een deel van de kostprijs wordt gesubsidieerd door de Vlaamse Milieumaatschappij, A. Van de Maelestraat 96, 9320 Erebodegem.
Tevens zijn er subsidies in het kader van de thematische projectsubsidie 'Groen in de stad' en binnen het thema 'ruimte voor water'.
Europese richtlijn 2011/7/EU betreffende de nieuwe wettelijke betalingstermijnen voor lokale besturen.
Wet van 17 juni 2013 betreffende de motivering, de informatie en de rechtsmiddelen inzake overheidsopdrachten en bepaalde opdrachten voor werken, leveringen en diensten, gewijzigd bij wet van 16 februari 2017.
Wet van 17 juni 2016 betreffende de overheidsopdrachten voor aanneming van werken, leveringen en diensten, in het bijzonder artikel 42 § 1, 1°a en de daarbij behorende koninklijke besluiten en alle latere aanvullingen geldig op datum van bekendmaking.
Koninklijk besluit van 18 april 2017 betreffende plaatsing overheidsopdrachten klassieke sectoren, en latere wijzigingen.
Decreet lokaal bestuur, artikelen 40 en 41.
Raadsbeslissingen voor stad en OCMW van 21 juni 2019 houdende vaststelling van de definitie dagelijks bestuur.
Raadsbeslissingen voor stad en OCMW van 15 december 2020 houdende vaststelling van verrichtingen die niet worden beschouwd als zijnde van dagelijks bestuur.
het bestek met nr. 2019/045aa en de indicatieve raming voor de opdracht 'Uitvoeren wegen- en rioleringswerken voor straat van de toekomst', opgesteld door de ontwerper, Maarch, Belpairestraat 31, 2600 Berchem, goed te keuren. De lastvoorwaarden worden vastgesteld zoals voorzien in het bestek en zoals opgenomen in de algemene uitvoeringsregels van de overheidsopdrachten voor aannemingen van werken, leveringen en diensten. De indicatieve raming bedraagt 958.970,64 EUR, exclusief btw.
bovengenoemde opdracht te gunnen bij wijze van de openbare procedure.
de uitgave te verrekenen op MJP00946/AC000626.
Hieronder zijn kort de belangrijkste zaken opgesomd die in het reglement en kandidaatsdossier zijn opgenomen. Het reglement en het kandidaatsdossier wordt toegevoegd als bijlage bij dit besluit.
Reglement:
1. Wie kan deelnemen aan de projectoproep?
Alle verenigingen die een juridisch statuut hebben dat valt onder één van hieronder genoemde categorieën mogen deelnemen aan de projectoproep:
- een vzw;
- een burgercollectief verenigd in een feitelijke vereniging;
- een coöperatieve vennootschap met een officiële NRC erkenning of erkenning als sociale onderneming;
- een oudervereniging of studentenvereniging van een school (als vzw of feitelijke vereniging);
- een stichting van openbaar nut.
Individuele burgers kunnen niet deelnemen aan de projectoproep.
2. Hoe deelnemen?
Geïnteresseerde deelnemers van de projectoproep wordt gevraagd om het dossier in bijlage in te vullen en voor een bepaald, nog later te bepalen datum om 12 uur via WeTransfer door te sturen naar info@proximitybelgium.be.
3. Welke thema’s komen in aanmerking?
De projecten moeten in het algemeen een positief effect hebben op de ecologische transitie, het klimaat en de maatschappij op het grondgebied van de stad Sint-Niklaas. Volgende thema’s komen in aanmerking:
- lokale voedselstrategie;
- klimaatadaptatie;
- circulaire stad/economie;
- duurzame mobiliteit;
- hernieuwbare energie;
- duurzame renovatie;
De projecten moeten beantwoorden aan minstens een van de vermelde thema’s en mogen niet nadelig zijn voor de andere.
4. Selectieprocedure
- ontvankelijkheidsanalyse van de ingediende projecten;
- de jury;
- selectie door de jury (een vertegenwoordiger van Be Planet, stad Sint-Niklaas en een aantal experten);
- voorstel van de jury en finale beslissing door het college van schepenen en burgemeester.
5. De selectiecriteria
De beoordeling gebeurt op basis van de volgende criteria:
- positieve impact op de bescherming van het leefmilieu;
- socio-economische impact;
- participatie en partnerschap;
- haalbaarheid, duurzaamheid en continuïteit van het project;
- innovatief karakter van het project.
6. Beschikbaar stellen van de subsidies
De gewenste financiële steun bedraagt minimum 2.500 EUR en maximum 10.000 EUR, per gekozen project.
Een subsidieovereenkomst ondertekend door de deelnemer van het geselecteerde project en de organisatie geeft toegang tot de toegekende subsidies. Indien het project nog moet opgestart worden, verbindt de deelnemer van het geselecteerd project zich ertoe het project binnen zes maanden na het ondertekenen van de subsidieovereenkomst op te starten.
De betaling zal in twee schijven uitgevoerd worden:
- 85 % bij de ondertekening van de subsidieovereenkomst;
- 15 % op het einde van het project, na de validering van een finaal activiteiten- en financieel verslag.
In het geval dat de activiteiten van de deelnemer worden stopgezet tijdens de duur van het project zoals dat aan de organisatie werd voorgelegd, wordt de toegekende subsidie terugbetaald aan de organisatie.
7. Deelname aan het multi-actoren ecosysteem van Proximity
- verplichting voor alle deelnemers;
- voorstelling op de website Proximity;
- deelname aan de mobilisatiecampagne.
Specifieke verplichting voor de laureaten:
- de laureaten van de projectoproep verbinden zich ertoe actief deel te nemen aan Proximity in het algemeen en aan de mobilisatiecampagne.
8. Communicatie
Elke deelnemer die door de organisatie ondersteund wordt aanvaardt zijn naam, logo en adres dat door de organisatie gebruikt wordt in hun communicatie (website, persberichten, nieuwsbrieven ...).
De organisatie behoudt zich het recht om via alle communicatiekanalen te communiceren over de geselecteerde projecten.
De deelnemer verbindt zich ertoe de steun van de organisatie (= beide organisatoren: Be Planet en stad Sint Niklaas) te vermelden in haar communicatie en PR-activiteiten. Hiervoor levert de organisatie de nodige logo’s en richtlijnen aan.
Kandidaatsdossier:
1. De organisatie (vzw, feitelijke vereniging, coöperatieve vennootschap of stichting van openbaar nut)
- gegevens;
- interne organisatie;
- financiële informatie;
- contactpersoon verantwoordelijk voor het project (met ondertekenbevoegdheid).
2. Project
- aan welke thema's beantwoordt het project;
- algemene informatie over wat het project bevat.
3. Budget (als bijlage het financieel plan met inkomsten en uitgaven van het project toevoegen)
- totaal budget van het project;
- gewenste financiële steun via deze oproep;
- welke financiële middelen zijn reeds beschikbaar en van wie zijn deze middelen afkomstig?
- is er nog een andere financieringsaanvraag lopende of wordt dergelijke aanvraag ingediend?
4. Niet financiële noden
- kort en bondige beschrijving van wat de noden zijn, bovenop de financiële steun.
5. Toe te voegen bijlagen
- financieel plan van het project;
- jaarrekening 2020 indien beschikbaar;
- statuten van de VZW/CVBA/stichting of verklaring van feitelijke vereniging;
- foto’s van het project, vrij van rechten (maximum drie).
Alle documenten worden via WeTransfer naar info@proximitybelgium.be digitaal verzonden.
Decreet lokaal bestuur, artikelen 40 en 41.
het reglement en het kandidaatsdossier voor de subsidieoproep lokale transitieprojecten ‘Proximity Sint-Niklaas 2021’ vast te stellen.
Een exemplaar van het reglement en het kandidaatsdossier worden als bijlage aan de notulen van deze zitting gehecht.
De jeugdraad en de verschillende jeugdverenigingen zijn al jaren vragende partij om een nieuw bos in de noordelijke standsrand te ontwikkelen als tegenhanger van het zuidelijk gelegen stadsbos Puitvoet. Tevens kadert deze wens binnen het lobbenstadmodel voor Sint-Niklaas, waarin wordt aanbevolen om een stadsrandbos te voorzien in de noordelijke groene lob langs de Mechelen-Terneuzenwegel. Het voorzien van stads(deel)groen in het noorden van de stad in de stadsuitbreiding van de Clementwijk is ook een bindende bepaling die is opgenomen in het gemeentelijk ruimtelijk structuurplan. Ze werd tevens opgenomen in het meerjarenplan van de stad om het lobbenstadmodel te verankeren en afdwingbaar te maken, en in elke stedelijke lob een buurtbos te voorzien. De locatiekeuze situeert zich ter hoogte van een perceel grond dat reeds eigendom is van OCMW Sint-Niklaas (kadastraal gekend 1e afdeling, sectie A, nummer 616) en wordt bijkomend gemotiveerd door het feit dat de gronden watergevoelig zijn en gelegen nabij de woonomgeving.
Er kon een akkoord worden afgesloten met de eigenaar van de percelen bouwland en weiland grenzend aan het perceel dat eigendom is van OCMW Sint-Niklaas. De percelen zijn kadastraal gekend 1e afdeling, sectie A, nummers 613 en 617, en met een totale oppervlakte van 1,38 ha. Ze zijn momenteel verpacht en opzegbaar omwille van de aanwending voor doeleinden van algemeen belang tegen 31 december 2027.
In het gewestplan Sint-Niklaas - Lokeren hadden de percelen de bestemming 'woonuitbreidingsgebied'. Het gewestelijke rup 'afbakening regionaal stedelijk gebied Sint-Niklaas', definitief vastgesteld op 19 januari 2007, heeft deze bestemming vervangen door de bestemming 'woongebied'. Ingevolge de gemeenteraadsbeslissing van 24 augustus 2018 betreffende de goedkeuring van de 'Woonbeleidsstudie Sint-Niklaas', opgemaakt door Atelier Romain bvba te Gent, werd beslist dit gebied binnen de vooropgestelde planperiode (2020 - 2035) niet te ontwikkelen, wat bevestigd werd bij gemeenteraadsbeslissing van 26 maart 2021.
Er werd een schattingsverslag opgesteld door JPVC- Vastgoedconstult gcv (adviesbureau voor vastgoed en onteigeningen) en bekrachtigd door Jalor bv op 16 maart 2020. Op basis van het schattingsverslag, verhoogd met wederbeleggingsvergoeding werd een akkoord bereikt voor de aankoop van de percelen aan 300.000 EUR. Dit akkoord werd bekomen onder de bijzondere voorwaarden:
- indien in het kader van het decreet betreffende het realisatiegerichte instrumentarium (het tot op vandaag nog niet goedgekeurde instrumentendecreet) en ten laatste bij het verlijden van de authentieke akte, een recht op eigenaarsvergoeding zou kunnen ontstaan, dan zal een schuldvordering ontstaan in het voordeel van de verkoper en ten laste van de stad, zoals berekend door de landcommissie (die mits goedkeuring van het instrumentendecreet zal worden opgericht) en te verminderen met de bedongen prijs (300.000 EUR);
- indien de stad uiteindelijk toch zou beslissen de goederen niet aan te wenden voor algemeen belang of niet start met de realisatie van het noordelijk stadsrandbos binnen een periode van tien jaar na het verlijden van de authentieke akte, dan zal de verkoper beschikken over een recht van wederafstand, onder dezelfde voorwaarden als voorzien bij artikel 23 van de wet van 17 april 1835 betreffende de onteigening om reden van openbaar nut, gewijzigd bij artikel 77 van de wet van 12 juli 1976.
Decreet lokaal bestuur, artikelen 40 en 41.
Beleidsdoelstelling 3 meerjarenplanning 2020-2025: 'De stad verder ontwikkelen en vergroenen'.
met 23 stemmen voor (N-VA, Groen, Open Vld, PVDA), 12 stemmen tegen (Vlaams Belang, CD&V) en 6 onthoudingen (Vooruit, Kristof Van Gansen, CD&V-raadslid)
akkoord te gaan met de aankoop van de percelen kadastraal gekend 1e afdeling, sectie A, nummers 613 en 617, met een totale oppervlakte van 1,38 ha, ter realisatie van een noordelijk stadsrandbos, aan 300.000 EUR.
machtiging te verlenen tot ondertekening van de authentieke akte aan de algemeen directeur en de burgemeester of een door hem aangeduid lid van het college van burgemeester en schepenen.
De Koninklijke Harmonie De Kunstvrienden vzw, Kalkstraat 12, 9100 Sint-Niklaas, werd in 1873 opgericht als fanfare. In de loop
van 1892 werd de fanfare omgevormd tot harmonie.
Haar missie:
- zonder onderscheid aan iedereen kansen bieden om plezier te beleven door
harmoniemuziek in groep te beoefenen, professioneel ondersteund en gericht op
kwaliteit;
- geïnteresseerde leden laten ontplooien in alle geledingen van de vereniging;
- een actief socio-cultureel baken zijn in de Sint-Niklase samenleving;
- met respect voor traditie en oog voor vernieuwing, de vereniging in goede vorm houden
voor de volgende generaties.
Haar werking:
- er musiceren wekelijks onder professionele leiding een 130 tal muzikanten in vier
geledingen: Harmonie, Jeugdensemble, Miniemen en Korps van Klaroenen en Tamboers;
- als pedagogisch verlengstuk van d’Academie podium volgen leerlingen er het vak
samenspel in het kader van de Alternatieve Leercontext (nieuw decreet deeltijds kunstonderwijs);
- verzorgt in stadsopdracht muzikaal zowel plechtigheden als gratis toegankelijke luister en promenadeconcerten voor de bevolking;
- per jaar worden enkele concerten in eigen beheer of in opdracht van derden
georganiseerd, in Sint-Niklaas of daarbuiten. Deze worden regelmatig opgenomen in het
programma van het cultuurcentrum;
- in de loop der jaren werd een uitgebreid palmares op binnen- en buitenlandse
wedstrijden verzameld. Het harmonieorkest staat kwalitatief gerangschikt in de hoogste
van zes afdelingen.
In 1998 kochten Koninklijke Harmonie De Kunstvrienden vzw en De Kunstvrienden nv in
onverdeeldheid het gebouw gelegen Kalkstraat 12 als lokaal voor de werking van de harmonie.
De stichters-aandeelhouders in deze tot dat doel opgerichte nv, waren allen bestuurder bij de
vzw. Het enige doel van de nv is gebleven dat ‘op termijn de vzw alle aandelen inkoopt om zo
de enige eigenaar te worden.’ De betrokken tweede en derde generatie erfgenamen van de
bestuurders van de nv vragen gezamenlijk aan de harmonie om tegen 1 juni 2021, na 22 jaar,
de resterende aandelen in te kopen voor totaal 87.500 EUR. Op deze manier verwerft de
harmonie de volledige eigendom van het gebouw.
Om deze onverwachte kost te kunnen financieren vraagt Koninklijke Harmonie De
Kunstvrienden vzw aan de stad een renteloze lening ten bedrage van
90.000 EUR toe te staan. In dit bedrag is ook rekening gehouden met notariskosten. De eigen
middelen blijven voorzien voor de geplande investeringen voor het vernieuwen van daken en
de sanitaire blokken, het dichten van kelders en het verder renoveren van de lokalen. Mede
door de pandemie is de financiële reserve van de vzw aangetast. Ook de jaarlijkse provinciale
subsidie van 2.143 EUR is weggevallen en is niet gecompenseerd.
De Koninklijke Harmonie De Kunstvrienden vzw stelt voor de lening af te betalen op twintig jaar.
De afbetaling is in hoofdzaak voorzien door een verhoging van het lidgeld, zodat de financiële
ademruimte, die nodig is voor de werking van de harmonie, intact blijft. Deze ademruimte is ook
nodig voor de voormelde onroerende investeringen.
De belangrijkste bepalingen van de ontwerpakte tot renteloze lening met hypothecair mandaat zijn de volgende:
- renteloze lening van 90.000 EUR, terugbetaalbaar op twintig jaar, de terugbetalingen zijn jaarlijks gekoppeld aan het gezondheidsindexcijfer;
- de eerste terugbetaling moet gebeuren op 1 januari 2022;
- hypothecair mandaat op het goed gelegen te Kalkstraat 12, 9100 Sint-Niklaas, kadastraal bekend 3de afdeling, sectie E, nummer 2205 A2 en bijhorende tuin gelegen Ankerstraat, kadastraal bekend 3de afdeling, sectie E, nummer 2218F.
Decreet lokaal bestuur, artikelen 40 en 41.
met algemene stemmen (41)
de voorwaarden goed te keuren van het ontwerp van akte betreffende het verlenen van een renteloze lening ten bedrage van 90.000 EUR, gekoppeld aan een hypothecair mandaat, aan Koninklijke Harmonie De Kunstvrienden vzw, Kalkstraat 12, 9100 Sint-Niklaas, voor de aankoop van de resterende aandelen in het gebouw gelegen
Kalkstraat 12, 9100 Sint-Niklaas, met het oog op de verwerving van de volledige eigendom,
dienende als lokaal voor haar werking.
Een exemplaar van dit ontwerp van akte wordt als bijlage aan de notulen van deze zitting gehecht.
machtiging te verlenen tot ondertekening van de akte aan de algemeen directeur en de burgemeester of een door hem aangeduid lid van het college van burgemeester en schepenen.
In het kader van de opdracht 'Stadswinkel en stadsarchief: archiefinrichting' werd een bestek met nr. 2021/040aa opgesteld door de ontwerpers, TBM Robbrecht en Daem Architecten - Callebaut Architecten, Lieremanstraat 64, 9000 Gent.
De opdracht omvat de inrichting van vier ruimtes die zich bevinden op de eerste verdieping van de nieuwe vleugel van het stadhuis. De in te richten ruimtes zijn:
- archiefruimte 1: hedendaags archief met mechanisch te bedienen mobiele rekken;
- archiefruimte 2: modern archief met mechanisch te bedienen mobiele rekken;
- archiefruimte 3: foto archief met statische rekken en gaasdraadwanden;
- archiefruimte 4: oud archief met statische rekken.
De uitgave voor deze opdracht wordt geraamd op 180.000 EUR, exclusief btw.
Er wordt voorgesteld de opdracht te gunnen bij wijze van de openbare procedure.
Europese richtlijn 2011/7/EU betreffende de nieuwe wettelijke betalingstermijnen voor lokale besturen.
Wet van 17 juni 2013 betreffende de motivering, de informatie en de rechtsmiddelen inzake overheidsopdrachten en bepaalde opdrachten voor werken, leveringen en diensten, gewijzigd bij wet van 16 februari 2017.
Wet van 17 juni 2016 betreffende de overheidsopdrachten voor aanneming van werken, leveringen en diensten, in het bijzonder artikel 42 § 1, 1°a en de daarbij behorende koninklijke besluiten en alle latere aanvullingen geldig op datum van bekendmaking.
Koninklijk besluit van 18 april 2017 betreffende plaatsing overheidsopdrachten klassieke sectoren, en latere wijzigingen.
Decreet lokaal bestuur, artikelen 40 en 41.
Raadsbeslissingen voor stad en OCMW van 21 juni 2019 houdende vaststelling van de definitie dagelijks bestuur.
Raadsbeslissingen voor stad en OCMW van 15 december 2020 houdende vaststelling van verrichtingen die niet worden beschouwd als zijnde van dagelijks bestuur.
het bestek met nr. 2021/040aa en de indicatieve raming voor de opdracht 'Stadswinkel en stadsarchief: archiefinrichting', opgesteld door de ontwerpers TBM Robbrecht en Daem Architecten - Callebaut Architecten, Lieremanstraat 64, 9000 Gent, goed te keuren. De lastvoorwaarden worden vastgesteld zoals voorzien in het bestek en zoals opgenomen in de algemene uitvoeringsregels van de overheidsopdrachten voor aannemingen van werken, leveringen en diensten. De indicatieve raming bedraagt 180.000 EUR, exclusief btw.
bovengenoemde opdracht te gunnen bij wijze van de openbare procedure.
de uitgave te verrekenen op AC000606/MJP000919.
De huidige reglementen voor de erkenning van een vereniging door de stad Sint-Niklaas voldoen niet helemaal meer aan de noden van het werkveld:
- organisaties die begeleide activiteiten voor kinderen en jongeren in hun vrije tijd organiseren
maar niet zelf beantwoorden aan de definitie van jeugdwerk kunnen niet erkend worden als jeugdwerk;
- organisaties die begeleide activiteiten voor kinderen en jongeren in hun vrije tijd organiseren
maar niet zelf beantwoorden aan de definitie van een cultuurvereniging kunnen niet erkend worden als cultuurvereniging;
- organisaties die begeleide activiteiten voor kinderen en jongeren in hun vrije tijd organiseren
maar niet zelf beantwoorden aan de definitie van een sportvereniging kunnen niet erkend worden als sportvereniging;
- opvang- en vrijetijdsinitiatieven hebben nood aan een erkenning, zodoende zij fiscale attesten kunnen uitreiken aan ouders.
Daarom is er een nieuw reglement voor erkenning als opvanginitiatief of vrijetijdsinitiatief opgesteld met ingangsdatum 1 juli 2021. In dit reglement wordt bepaald welke vereniging kan erkend worden als vrijetijds- of opvanginitiatief door de stad Sint-Niklaas.
Decreet lokaal bestuur, artikelen 40 en 41.
Decreet houdende de organisatie van buitenschoolse opvang en de afstemming tussen buitenschoolse activiteiten van 27 juni 2019.
Voor erkende sportverenigingen met een jeugdwerking die voldoen aan de criteria voor het ontvangen van een specifieke werkingssubsidie, kan de attestering voor het verlenen van fiscale attesten verder verlopen via de dienst ondersteuning cultuur en vrije tijd of de dienst sport.
Dit reglement biedt een oplossing aan organisaties die erkend willen worden om fiscale attesten te kunnen uitschrijven, maar niet persé in de bestaande ‘hokjes’ sport, cultuur of jeugd passen. Deze organisaties wensen/mogen niet altijd gebruik maken van de subsidiekanalen van de stad. Stad Sint-Niklaas werkt aan meer eenvormigheid binnen de subsidies, dit kan doorgetrokken worden naar erkenningen van verenigingen. Meer en meer verenigingen passen niet meer in één ‘hokje’ want zijn met verschillende thema’s bezig zoals duurzaamheid, beweging, sociaal-artistiek… Erkende verenigingen kunnen aan een voordeliger tarief zalen en materiaal huren bij stad Sint-Niklaas.
het reglement voor de erkenning als vrijetijds- en opvanginitiatief goed te keuren.
Een exemplaar van het reglement wordt als bijlage aan de notulen van deze zitting gehecht.
LAB Sint-Niklaas vzw wenst een school op te richten op het binnengebied tussen de geklasseerde hoeve gelegen Kleibeekstraat 136, 9100 Sint-Niklaas, het slibbekken van de stad, het waterzuiveringsstation van Aquafin en het recyclagepark van Miwa. De bedoeling is dat in deze school ook buitenschoolse tieneropvang en inclusie-opvang georganiseerd zal worden. De ontwikkeling van dit binnengebied biedt kansen om andere knelpunten op te lossen:
- de aanleg van een parking voor buurtbewoners en de stedelijke opvang;
- een toegang voor gemotoriseerd verkeer naar de school;
- een gemeenschappelijke ontsluiting voor gemotoriseerd verkeer voor Aquafin, Miwa, schoolopvang, stedelijke opvang en slibbekken;
- een gescheiden Noord-Zuid verbinding voor traag verkeer.
Er werd in overleg met de drie andere partijen door de stad een inrichtingsconcept uitgewerkt (zie bijlage 1 ontwerpovereenkomst). Volgens dit concept zal het traag verkeer het binnengebied bereiken via de huidige Aquafindreef (tussen Kleibeekstraat 116 en 122) en moet het gemotoriseerd verkeer, dat nu ook via de Aquafindreef het waterzuiveringsstation van Aquafin en het slibbekken van de stad bereikt, verlopen langs Vlyminckshoek (de toegangsweg naar Miwa).
Aangezien de ontsluiting van dit binnengebied een impact heeft op de vier voornoemde partijen, is het van belang dat er hierrond een gezamenlijk akkoord wordt gesloten.
De belangrijkste bepalingen uit de ontwerpovereenkomst tussen de vier partijen, die van belang zijn voor de stad:
1) Onroerende transacties:
- stad koopt percelen 1/A/883, 881C en een deel van perceel 925A (= huidige Aquafindreef tot aan de poort van Aquafin) over van Aquafin aan de schattingsprijs van 8,68 EUR/m² (= toegangsweg traag verkeer die na realisatie van het project zal toegevoegd worden aan het openbaar domein van de stad);
- LAB staat over- en doorgang toe over de percelen 1/A/ 992B, 924B en 925C ten voordele van de stad (als toegang tot het slibbekken dat ook dienst zal doen als brandweg);
- Aquafin staat over- en doorgang toe over de delen van de percelen 1/A/919B en 922B (als toegang tot het slibbekken dat ook dienst zal doen als brandweg);
2. Overige afspraken:
- het overdrachtsplan voor de te verkopen delen wordt opgemaakt door de landmeter van LAB Sint-Niklaas vzw en in drie gelijke delen gedragen door stad Sint-Niklaas, LAB Sint-Niklaas vzw
en Miwa;
3. Delegatie bouwheerschap:
- de stad (of zijn afgevaardigde) treedt op als leidend ambtenaar bij de realisatie van de toegangswegen met volmacht van de andere drie partijen. Hieronder valt de aanstelling van de ontwerper, het voorontwerp en het definitief ontwerp voor te leggen aan de andere partijen, alsook de omgevingsvergunningsaanvraag opvolgen, de aanstelling van een aannemer, opvolging van de infrastructuurwerken, coördinatie van de bouwwerkzaamheden, betalingen, voorlopige oplevering en de definitieve oplevering;
- stad neemt aanlegkosten op zich, Aquafin komt tussen voor ongeveer 29 % (conform het deel van de toegangsweg dat betrekking heeft op de toegang tot het waterzuiveringsstation).
Decreet lokaal bestuur, artikelen 40 en 41.
Gunstig advies
akkoord te gaan met het ontwerp van de vier-partijenovereenkomst tussen stad Sint-Niklaas, LAB Sint-Niklaas vzw, Aquafin nv en Miwa cv in verband met de ontwikkeling van het binnengebied achter de Kleibeekhoeve, Kleibeekstraat 136,9100 Sint-Niklaas, en bijgevolg de voorwaarden van de overeenkomst goed te keuren.
Een exemplaar van de ontwerpovereenkomst wordt als bijlage aan de notulen van deze zitting gehecht.
machtiging te verlenen aan de algemeen directeur en burgemeester, of een door de burgemeester aangeduid lid van het college van burgemeester en schepenen, om de vier-partijenovereenkomst namens de stad te ondertekenen.
DOMO Waasland richt zich op gezinnen met kinderen tussen 0 en 12 jaar die zich in een moeilijke situatie bevinden en die geen of weinig sociale steun ervaren uit hun omgeving. DOMO wil voorkomen dat alledaagse problemen in gezinnen uitgroeien tot ernstige en langdurige hinderpalen. Domo Waasland werkt met vrijwilligers die wekelijks enkele uren bij het gezin in hun eigen leefomgeving doorbrengen. Zij ondersteunen hen om hun kracht te (her)vinden, bieden praktische hulp bij gezins- en opvoedende taken en ondersteunen gezinnen bij het herstellen of opbouwen van hun sociale netwerk door een brede waaier aan buitenshuis activiteiten aan te bieden. Deze activiteiten maken steeds deel uit van het reguliere aanbod en worden niet door DOMO Waasland zelf geïnitieerd.
DOMO Waasland zou zich naast hun reguliere activiteiten inzetten om onderstaande doelstellingen uit het ministerieel besluit te realiseren:
- de ondersteuning heeft de versterking van het mentaal welzijn van kinderen en gezinnen tot doel;
- de ondersteuning sluit aan bij en draagt bij tot de toeleiding naar het regulier aanbod dat door het Huis van het Kind en door de organisator mobiel aanbod wordt georganiseerd;
- in het kader van de ondersteuning wordt ingezet op het organiseren van verbindende activiteiten, vertrekkend vanuit de behoeften en krachten die aanwezig zijn in het gezin en waarbij wordt ingezet op het verruimen van de leefwereld van het gezin en, in voorkomend geval, het doorbreken van het sociaal isolement;
- de ondersteuning wordt gecombineerd met het aanbieden van of leiden naar andere vrijetijdsactiviteiten die inzetten op weerbaarheid, ontspanning, rust en welbevinden; de ondersteuning wordt kosteloos georganiseerd.
Bovenstaande doelstellingen worden verder geconcretiseerd in functie van de lokale context:
- DOMO Waasland streeft naar een evenredige personeelsinzet op het grondgebied Sint-Niklaas ten opzichte van de beschikbaar gestelde middelen in de gemeenten Sint-Niklaas, Beveren en Lokeren;
- minstens 50 % van de bereikte gezinnen heeft een financieel kwetsbaar profiel;
- een aanbod naar alle gezinnen organiseren en hiermee het principe “Iedereen mee” onderschrijven;
- voldoen aan volgende inhoudelijke doelstellingen:
Daarnaast verwacht de regelgever ook dat beide partijen (DOMO Waasland en Huis van het Kind) mee nadenken over de praktijkbeschrijving van outreachend werken binnen de context van een Huis van het Kind. Dit sluit ook perfect aan bij de inhoudelijke werking van de kansenwerkers.
Decreet van 20 november 2013 houdende de organisatie van preventieve gezinsondersteuning.
Decreet lokaal bestuur, artikelen 40 en 41.
Ministerieel besluit van 13 april 2021 tot toekenning van een projectsubsidie aan enkele huizen van het kind voor het bieden van outreachende ondersteuning ter versterking van het mentaal welzijn van kinderen en jonger.
met 34 stemmen voor (N-VA, Groen, Open Vld, CD&V, Vooruit, PVDA) en 7 onthoudingen (Vlaams Belang)
de samenwerkingsovereenkomst met DOMO Waasland goed te keuren.
Een exemplaar van de samenwerkingsovereenkomst wordt als bijlage aan de notulen van deze zitting gehecht.
machtiging te verlenen aan het college van burgemeester en schepenen om de samenwerkingsovereenkomst te ondertekenen namens de stad Sint-Niklaas.
De jaarrekening van het AGB ’t Bau-huis bestaat uit de beleidsnota (doelstellingenrealisatie, doelstellingenrekening en financiële toestand), de financiële nota (exploitatierekening, investeringsrekening en liquiditeitenrekening) en de samenvatting van de algemene rekeningen (balans, staat van opbrengsten en kosten). Daarnaast is er ook een toelichting waarin de waarderingsregels worden opgenomen.
De jaarrekening is gecontroleerd door een externe commissaris erkend bedrijfsrevisor.
De staat van opbrengsten en kosten is in de Beleids- en BeheersCyclus anders ingedeeld dan de vroegere resultatenrekening die uit de vennootschapsboekhouding voortvloeit maar uiteindelijk wordt een gelijkaardig resultaat van het boekjaar berekend. De staat van opbrengsten en kosten geeft de toestand op het einde van een jaar weer van alle algemene opbrengsten- en kostenrekeningen. Sommige van deze algemene rekeningen worden budgettair gestuurd en beïnvloeden de cashflow, terwijl andere geen enkele invloed hebben op de cashflow (de zogenaamde niet-kas-kosten en niet-kas-ontvangsten zoals bijvoorbeeld afschrijvingen en verrekening van investeringssubsidies). De staat is ingedeeld in operationele en financiële kosten en opbrengsten.
Het over te dragen tekort van het boekjaar 2020 (2019) bedraagt 237.443,68 EUR (+38.276,90 EUR).
Dit tekort valt uiteen in twee delen: een budgettair deel +26.596,65 EUR (+103.291 EUR) ( = exploitatieresultaat) en een boekhoudkundig deel met betrekking tot de niet-kas-kosten, niet-kas-opbrengsten en overlopende rekeningen -264.040,33 EUR (-65.014,10 EUR).
Het negatief effect van het boekhoudkundig deel te bedrage van 264.040,33 EUR (65.014,10 EUR) op het resultaat van 2020 (2019) is ontstaan door afschrijvingskosten -166.781,19 EUR (-167.326,84 EUR), het in kosten nemen van niet-aftrekbare btw -294.732,75 EUR
(-64.934,12 EUR), overlopende rekeningen ontvangsten -37.480 EUR
(7.574 EUR) en tenslotte van het definitief in resultaat nemen van de investeringssubsidie +159.993,61 EUR
(+159.672,86 EUR).
Het balanstotaal op 31 december 2020 (momentopname) bedraagt 4.454.275,04 EUR.
Naast het gebouw en het terrein (zie actief rubriek II.C.) vinden we ook de vorderingen uit ruiltransacties (zie actief rubriek I.B.1.; dit zijn onder andere nog niet betaalde verhuringen op balansdatum) terug als voornaamste posten van het actief.
Het passief bestaat onder andere uit schulden uit ruiltransacties (zie passief rubriek I.A.1.c.: dit zijn de openstaande leveranciers op balansdatum), de overlopende rekening (zie passief rubriek I.A.3.: dit is de correctierekening die gebruikt wordt om de in 2020 gefactureerde ontvangsten over te dragen naar de rekening van volgend jaar) en de schulden die in 2021 moeten betaald worden (zie passief rubriek I.A.4.: dit zijn de aflossingen te betalen in 2021). De schuld op lange termijn geeft het saldo van de lening weer na de aflossingen die in 2021 moeten worden voldaan (zie passief rubriek I.B.1.b.).
Het netto-actief is de sluitpost van de balans en bestaat uit het kapitaal (910.000 EUR), het overgedragen tekort (-335.687,30 EUR) en het saldo van de investeringssubsidies na jaarlijkse verrekening ervan in de opbrengsten (3.091.264,91 EUR) (zie passief rubriek II.).
Budgettaire rekening ten opzichte van budget 2020
Uit de bijlage 'J1 doelstellingenrekening' blijkt dat voor de exploitatie aan ontvangstenzijde er 30.242,04 EUR minder werd ontvangen dan begroot en aan uitgavenzijde er 31.593,68 EUR minder werd uitgegeven, een positief saldo dus van 1.351,64 EUR. Hierdoor wordt het financieel draagvlak groter op moment van de jaarrekening ten opzichte van het budget (zie hierna autofinancieringsmarge).
Op het niveau van de investeringen werd er 63.151,11 EUR minder ontvangen (= investeringssubsidie van de stad aan het AGB 't Bau-huis) dan voorzien en 72.972,17 EUR minder uitgegeven (= investeringen) dan begroot; een positief saldo dus van 9.821,06 EUR. De niet afgesloten investeringen worden echter doorgeschoven naar 2021, zowel de ontvangsten als de uitgaven.
Tenslotte is voor de rubriek 'financiering' hetzelfde uitgegeven dan begroot namelijk 44.066,73 EUR.
De drie rubrieken samen (1.351,64 EUR + 9.821,06 EUR) geven een positief verschil van 11.172,70 EUR. Dit verklaart het verschil tussen het gebudgetteerde resultaat (= budget) van -26.972,65 EUR, enerzijds, en het budgettair resultaat van het boekjaar (= jaarrekening) van -15.799,95 EUR anderzijds.
In de bijlage 'standopgaven van de ontvangsten en uitgaven' zijn meer details terug te vinden over kredieten en rekeningcijfers per actie en raming.
Schema J2 Staat van het financieel evenwicht
Resultaat op kasbasis:
Dit is het gecumuleerd budgettair resultaat verminderd met de bestemde gelden (nihil in AGB) en is een parameter voor het toestandsevenwicht (op korte termijn). Het resultaat op kasbasis van het financiële boekjaar moet groter zijn dan of gelijk zijn aan nul. Dit wil zeggen dat het AGB tijdens het boekjaar meer geld overhoudt dan het plant uit te geven.
Het resultaat op kasbasis bedraagt 210.294,35 EUR. Dit is 11.172,70 EUR meer dan het initiële budget waardoor er dus een gezond structureel evenwicht is.
Autofinancieringsmarge (AFM):
Dit is het verschil tussen, enerzijds, het deel van de ontvangsten en uitgaven uit de exploitatie dat gebruikt kan worden voor de vereffening van de netto periodieke leningsuitgaven, en anderzijds, de netto periodieke leningsuitgaven zelf. Dit drukt met andere woorden uit hoeveel van de middelen er overblijven die het AGB heeft gegenereerd uit de exploitatie, na vereffening van de geplande en lopende periodieke leningsuitgaven, om nieuwe investeringen zelf te financieren of om de leningslast van bijkomende leningen te dragen. De autofinancieringsmarge is een parameter voor het structureel evenwicht (tijdens de beleidsperiode) en moet positief zijn op het einde van de planningsperiode.
Bij het AGB is de AFM-eind 2020, -17.470,08 EUR. Dit is 1.351,64 EUR meer dan het budget ten gevolge van een groter financieel draagvlak (zie hiervoor ‘budgettaire rekening ten opzichte van budget 2020). De AFM wordt negatief maar blijft positief op het einde van de planningsperiode waardoor er dus een structureel evenwicht blijft.
Waarderingsregels
De waarderingsregels maken deel uit van de jaarrekening en zijn ongewijzigd ten opzichte van vorig jaar. Deze waarderingsregels zorgen voor een consistente waardering van vorderingen, schulden, vaste activa …
Decreet lokaal bestuur artikelen 40 en 41, 231 tot en met 244, met in het bijzonder artikel 243.
Ministerieel besluit van 9 september 2009 van de Vlaamse Gemeenschap betreffende goedkeuring van de gemeenteraadsbeslissing van 26 juni 2009 met betrekking tot de oprichting van het autonoom gemeentebedrijf ’t Bau-huis.
Gemeenteraadsbeslissing van 26 juni 2009 betreffende de oprichting van het autonoom gemeentebedrijf ’t Bau-huis en vaststelling van de statuten.
Gemeenteraadsbeslissing van 25 januari 2013 houdende goedkeuring van het ontwerp van statutenwijziging van het autonoom gemeentebedrijf ’t Bau-huis.
Gemeenteraadsbeslissing van 21 juni 2013 in verband met het sluiten van een beheersovereenkomst tussen de stad Sint-Niklaas en het autonoom gemeentebedrijf ’t Bau-huis.
Statuten autonoom gemeentebedrijf ’t Bau-huis, artikel 37 § 2 betreffende de goedkeuring van de jaarrekening.
Beslissing van de raad van bestuur van 20 mei 2021 betreffende de vaststelling van de jaarrekening 2020.
de jaarrekening 2020 van het autonoom gemeentebedrijf 't Bau-huis gunstig te adviseren.
Een exemplaar van deze jaarrekening wordt als bijlage aan de notulen van deze zitting gehecht.
kwijting te verlenen aan de leden van de raad van bestuur.
kwijting te verlenen aan de commissaris.
Grondwet, artikel 170 §4.
Decreet van 30 mei 2008 betreffende de vestiging, de invordering en de geschillenprocedure van provincie- en gemeentebelastingen, met latere aanvullingen en wijzigingen.
Decreet lokaal bestuur, artikelen 40 en 41.
Gemeentebelasting op de tijdelijke privatisering van het openbaar domein, ingevoerd door de gemeenteraad van 19 december 2019, met latere wijzigingen.
Binnenkort mogen er opnieuw kermissen georganiseerd worden, weliswaar onder de geldende coronamaatregelen. De eerstvolgende kermissen, waarvan geweten is dat ze (mits naleven van de opgelegde restricties) mogen plaatsvinden, zijn die van Belsele (juni 2021), Sinaai (juli 2021) en Sint-Niklaas (juli 2021).
Omdat het voor de foorreizigers een zware periode is geweest en de sector amper kon heropstarten (enkel de septemberkermis in Nieuwkerken vond vorig jaar plaats), wordt voorgesteld om aan elke standhouder een korting van 50 % op het standgeld toe te kennen van de eerste kermis waaraan hij deelneemt, die doorgaat met restricties in het kader van de coronamaatregelen. Een standhouder die met meerdere kramen op één kermis staat, krijgt voor elk kraam een korting.
In bijlage een lijst van de normaal aan te rekenen standgelden voor de eerstvolgende drie kermissen die mogen plaatsvinden. Het gaat over een totale korting van 12.450,68 EUR.
met 36 stemmen voor (N-VA, Groen, Open Vld, Vlaams Belang, CD&V, PVDA) en 5 onthoudingen (Vooruit)
om aan elke standhouder een korting van 50 % op het standgeld toe te kennen van de eerste kermis met restricties waaraan hij deelneemt en zo akkoord te gaan met de afwijking op het huidige belastingreglement tijdelijke privatisering van het openbaar domein.
Artikel 1 vervangen door:
“De gemeenteraad beslist geen standgelden te innen voor alle kermissen op het grondgebied van Sint-Niklaas, voor het kalenderjaar 2021 en zo akkoord te gaan met de afwijking op het huidige belastingreglement tijdelijke privatisering van het openbaar domein. De standgelden die al zouden geïnd zijn, zullen worden terugbetaald."
met 19 stemmen voor (Vlaams Belang, CD&V, Vooruit, PVDA) en 22 stemmen tegen (N-VA, Groen, Open Vld)
Tot 2020 kregen de vier lokale muziekmaatschappijen, Koninklijke harmonie De Kunstvrienden, Koninklijke socialistische harmonie De Toekomst, Koninklijke fanfare Sinte-Cecilia-Belsele en de Koninklijke fanfare De Eendracht-Nieuwkerken, een jaarlijkse subsidie vanuit team evenementen en een aantal subsidies, premies en kledijtoelage vanuit de dienst ondersteuning cultuur en vrije tijd. Deze oude subsidiereglementen worden opgeheven.
De bedoeling van dit nieuwe subsidiereglement is om deze verschillende subsidies en toelagen samen te voegen en over te gaan tot een jaarlijkse globale subsidie, met als resultaat een administratieve vereenvoudiging voor zowel de diensten als voor de harmonieën.
Dit nieuwe subsidiebedrag wordt als volgt samengesteld:
- 1.000 EUR basissubsidie;
- 1.000 EUR bijkomende subsidie voor muziekmaatschappijen met een jeugdwerking;
- 50 EUR bijkomende subsidie per muzikant, op basis van de ledenlijst die jaarlijks aan VLAMO wordt doorgegeven;
- 50 EUR bijkomende subsidie per muzikant van de jeugdwerking, op basis van de ledenlijst die jaarlijks aan VLAMO wordt doorgegeven.
Deze nieuwe subsidieregeling werd goedgekeurd door de voorzitters van de vier lokale muziekmaatschappijen. Bijgevoegd overzicht verduidelijkt de nieuwe subsidieregeling en geeft aan wat dit voor elk van de vier muziekmaatschappijen concreet betekent.
Decreet lokaal bestuur, artikelen 40, 41, 186 en 187.
Het reglement is tot stand gekomen door een samenwerking van de diensten ondersteuning cultuur en vrije tijd en evenementen. Een voorstel werd uitgewerkt en besproken met alle muziekmaatschappijen. Allen verklaarden zich akkoord met het voorstel.
Het budget van de dienst ondersteuning cultuur en vrije tijd (AC000436 - MJP000609- Culturele en socio-culturele verenigingen inhoudelijk, financieel en logistiek ondersteunen) van 127.050 EUR wordt verminderd met 5.500 EUR voor de harmonieën/fanfares. Dit bedrag wordt overgedragen aan de dienst evenementen. De 5.500 EUR bestaat uit het gemiddelde van de jaarwerkingssubsidies voor de muziekmaatschappijen, een tegemoetkoming voor het lidmaatschap bij VLAMO en premies voor landelijke acties.
met algemene stemmen (39)
het subsidiereglement voor de lokale muziekmaatschappijen goed te keuren.
Een exemplaar van het subsidiereglement wordt als bijlage aan de notulen van deze zitting gehecht.
Bij akte van 21 juni 2017 werd door Dekenale Werken vzw van het dekenaat Sint-Niklaas aan de stad Sint-Niklaas om reden van openbaar nut, namelijk jeugdwerking, een erfpachtrecht toegestaan op het gedeeltelijk bebouwd terrein, gelegen Industriepark-Noord 33, 9100 Sint-Niklaas. In diezelfde akte van 21 juni 2017 heeft de stad, met akkoord van Dekenale Werken vzw van het dekenaat Sint-Niklaas, een deel van haar erfpachtrecht, gevestigd op een bebouwd perceel (conciërgewoning) en bestemd voor jeugdwerking, overgedragen aan Baden Powell, Kampeer- en Speelplein vzw, Industriepark-Noord 33, 9100 Sint-Niklaas. Bij addendum van 21 januari 2021 werd het erfpachtrecht aan Baden Powell, Kampeer- en Speelplein vzw gewijzigd waarbij de erfpacht toegestaan werd op het voormalige VP-gebouw gelegen achter de conciërgewoning in plaats van op de conciërgewoning. De bedoeling is om dit gebouw te renoveren als jeugdlokaal voor scouts Kriko M.
De verbouwingswerken werden geraamd op 299.989,23 EUR, inclusief btw, en zijn reeds gestart. In eerste instantie werd getracht om deze werken te financieren met de toelage van de stad en eigen middelen. De staat van het gebouw is echter slechter dan verwacht en ook door de hoge prijzen van materialen en uren is het niet haalbaar om de afwerking van het jeugdlokaal financieel zelf te realiseren. Baden Powell Kampeer- en Speelplein vzw is de vereniging die als doel heeft de scoutsgroep te ondersteunen en vraagt aan de stad hiervoor een renteloze lening ten bedrage van 50.000 EUR toe te staan. Om de werking van de scouts niet te hypothekeren met verplichte acties om geld in te zamelen zal het lokaal in de toekomst beschikbaar gesteld worden voor verhuur. Op basis van de verhuurervaring in het verleden kan er 5.000 EUR per jaar afbetaald worden. Hierdoor kunnen bestaande acties met een opbrengst voor de werking van de scouts blijven voortbestaan. Baden Powell Kampeer- en Speelplein vzw stelt voor de lening af te betalen op een maximale periode van tien jaar.
De belangrijkste bepalingen van de ontwerpakte tot renteloze lening met hypothecair mandaat zijn de volgende:
- renteloze lening van 50.000 EUR, terugbetaalbaar op tien jaar, de terugbetalingen zijn jaarlijks gekoppeld aan het gezondheidsindexcijfer;
- de uitbetaling gebeurt op basis van voorgelegde facturen en vorderingsstaten en een betaalbaarstelling door het college van burgemeester en schepenen;
- de eerste terugbetaling moet gebeuren uiterlijk op de vervaldag van het kalenderjaar volgend op dat waarin de uitbetaling van de renteloze lening is gebeurd;
- hypothecair mandaat op het goed gelegen te Industriepark-Noord 33, 9100 Sint-Niklaas, kadastraal bekend 2de afdeling, sectie C, nummers 1307E, 1307F en 1307G met een oppervlakte van 784 m².
Decreet lokaal bestuur, artikelen 40 en 41.
met algemene stemmen (39)
de voorwaarden goed te keuren van het ontwerp van akte betreffende het verlenen van een renteloze lening ten bedrage van 50.000 EUR, gekoppeld aan een hypothecair mandaat, aan Baden Powell Kampeer- en Speelplein vzw, Industriepark-Noord 33, 9100 Sint-Niklaas, voor de renovatie van het jeugdlokaal van scouts Kriko M op de VP-site gelegen Industriepark-Noord 33, 9100 Sint-Niklaas.
Een exemplaar van dit ontwerp van akte wordt als bijlage aan de notulen van deze zitting gehecht.
machtiging te verlenen tot ondertekening van de akte aan de algemeen directeur en de burgemeester of een door hem aangeduid lid van het college van burgemeester en schepenen.
De algemene vergadering van JOS vzw vindt plaats op maandag 28 juni 2021 om 20 uur in JC Den Eglantier .
Op de agenda staan volgende punten:
1. goedkeuring vorig verslag van 5 januari 2021;
2. goedkeuring jaarrekening 2020 en kwijting van de bestuurders;
3. toelichting bij het bouwproject jeugdinfrastructuur aan de Apostelstraat;
4. varia.
In toepassing van vermeld decreet wordt deze agenda ter kennisneming aan de raad voorgelegd en moet de raad het mandaat bepalen van de vertegenwoordiger in vermelde algemene vergadering. Volgende mandatarissen werden aangeduid als vertegenwoordigers van de stad Sint-Niklaas voor de algemene vergadering van JOS vzw: schepen Bart De Bruyne, met als plaatsvervanger raadslid Aster Baeck.
Wet van 27 juni 1921 betreffende de verenigingen zonder winstoogmerk, de internationale verenigingen zonder winstoogmerk en de stichtingen, met latere wijzigingen.
Decreet van 28 januari 1974 betreffende het cultuurpact, met latere wijzigingen.
Decreet lokaal bestuur, artikelen 40, 41 en 246.
Statuten van EVA-vzw Jeugdwerk Ondersteunen in Sint-Niklaas.
met algemene stemmen (39)
kennis te nemen van de agenda van de algemene vergadering van Jeugdwerk Ondersteunen in Sint-Niklaas vzw op maandag 28 juni 2021 om 20 uur.
Een exemplaar van deze agenda wordt als bijlage aan de notulen van deze zitting gehecht.
opdracht te geven aan de vertegenwoordiger in de algemene vergadering op 28 juni 2021 om in te stemmen met de op de agenda van deze vergadering vermelde voorstellen.
Sint-Niklaas is een fietsstad in wording. Het aantal fietsers neemt jaar na jaar toe en deze tendens is dit corona-jaar nog versterkt. Er werd en wordt - terecht - ook heel wat geïnvesteerd in goede fietsinfrastructuur, in goede fietspaden.
Toch loopt de fietser, als zwakke weggebruiker zelfs op het fietspad het risico om aangereden te worden. Meer bepaald als een auto uit een kleinere zijstraat of van een privé-oprit komt gereden en als hierbij het zicht op de hoofdbaan, en dus zeker op het fietspad, belemmerd is.
Ik denk bijvoorbeeld heel concreet aan het punt waar de Anthonis De Jonghestraat uitkomt op de Heihoekstraat in Nieuwkerken. Een kleine zijstraat die echter vaak gebruikt wordt door mensen die van het recyclagepark komen of in het industriepark moesten zijn. Het zicht op de Heihoekstraat wordt erg beperkt door het weelderige openbare groen, waardoor veel automobilisten pas stoppen met de voorkant van hun voertuig al op het fietspad. Vaak benaderen veel automobilisten uit de zijstraat dit kruispunt ook te snel omdat ze geen oog hebben voor het fietspad. Een aankomende fietser, zeker als die wat snelheid heeft, kan hierbij een ongeval enkel voorkomen door naar de rijbaan uit te wijken, wat op zich ook heel gevaarlijk is natuurlijk.
Maar er zijn nog heel wat andere soortgelijke punten op grondgebied Sint-Niklaas.
Hetzelfde probleem doet zich ook voor als mensen van hun privé oprit rijden en daarbij onvoldoende zicht hebben op het fietspad dat ze moeten kruisen.
Ik zou dus graag aandacht willen vragen voor de veiligheid van de fietsers op elk fietspad dat een kleinere zijweg kruist. Misschien zijn snelheid remmende maatregelen nodig in de zijstraat, zoals een verkeersdrempel, zodat een automobilist eerst bijna tot stilstand moet komen alvorens stapvoets voet- en fietspad te kruisen? Misschien moet het fietspad beter aangegeven worden? In ieder geval kan getracht worden om het zicht op fietspad en rijbaan te verbeteren door het groen korter te snoeien.
Daarnaast vraag ik ook aan de schepen of het mogelijk is om ook op privé terrein af te dwingen dat mensen het zicht op fietspad en rijbaan vrijwaren, bv door hun haag lager te knippen de laatste meter. Bestaat hier regelgeving over? Kunnen hier regels opgelegd (en afgedwongen) worden?
Sinds 13 december 2020 rijdt er een nieuwe S34-trein (stoptrein/voorstadstrein) tussen Sint-Niklaas en Antwerpen-Centraal en vormt een versterking van de S34-trein tussen Lokeren/Dendermonde en Antwerpen-Centraal. Deze nieuwe dienst rijdt de hele dag en vervangt ook de reeds ervoor bestaande P-treinen in de ochtend- en avondspits. In totaal komt dit dus neer op twee lokale treinen per uur naar Antwerpen in Sint-Niklaas, Beveren-Waas, Melsele en Zwijndrecht.
Deze trein stopt echter niet in Nieuwkerken-Waas. Graag had ik vernomen wat de stad ondernomen heeft om dit aan te kaarten?In De Standaard van 11 juni verscheen een onthutsend bericht over de PFOS-vervuiling, tot zelfs in Sint-Niklaas. "Door die verstrengde norm toe te passen op metingen uit 2018 en 2019 stelde de universiteit vast dat in dat laatste jaar 94 procent van de volwassenen in een straal van vijftien kilometer rondom 3M, en zelfs honderd procent van de kinderen, de consumptienorm overschrijdt zodra ze minstens twee eieren per week eten van kippen uit de eigen tuin." Buiten die straal werden geen onderzoeken gedaan en is dus nog niet geweten hoe de toestand daar is. Thomas Goorden, de man die de zaak naar boven bracht, spreekt over een crisis die wellicht groter is dan de dioxinecrisis. Het lijkt ons dan ook belangrijk dat we dit op een zeer ernstige manier aanpakken, ook in Sint-Niklaas.
Voor de PVDA zijn er alvast vier zaken belangrijk:
1. Deze zaak mag niet onderschat of geminimaliseerd worden. De waarheid moet naar boven komen
2. De bevolking moet ten volle en grondig worden geïnformeerd
3. De volksgezondheid moet voor alles voorop staan
4. De vervuiler moet betalen en medeplichtigen moeten gesanctioneerd worden.
Het stadsbestuur heeft twee initiatieven genomen waar wij achterstaan:
- er mag geen PFOS-vervuilde grond gestort worden in de putten van SVK, noch elders in de stad.
- er worden overal in de stad stalen genomen van de grond om de vervuiling in kaart te brengen.
Een goed begin. Maar het lijkt ons belangrijk om verder te gaan en meer initiatieven te nemen want er leeft heel wat ongerustheid bij de bevolking.
Eerst en vooral hebben wij vragen ivm. de onderzoeken: waar worden er stalen genomen? Is dat enkel van de grond of ook van eieren en groenten? Kunnen inwoners, landbouwers, scholen of verenigingen aanvragen doen om stalen te nemen? Er wordt ook gesproken over gevaren voor kinderen om te spelen in zandbakken. Worden daar ook stalen van genomen?
En wat als blijkt dat er inderdaad een probleem is op vlak van vervuiling. Gaan mensen dan vergoed worden voor het verlies dat ze lijden? Gaat het stadsbestuur juridische stappen nemen om de vervuiler te laten betalen in deze kwestie? Zijn er op dit vlak al stappen genomen om informatie in te winnen hoe dit het best kan gebeuren?
Wordt er contact opgenomen met alle getroffen buurgemeenten om gezamenlijke initiatieven te nemen?
Heel wat mensen zijn ongerust en vragen mij of ze nu verder van de eieren van hun kippen mogen blijven eten. De onderzoekers van de UA raden aan om geen eieren te eten binnen een straal van 15 km van 3M. Gaat het stadsbestuur deze aanbeveling ook ondersteunen en dit bekend maken naar de bevolking? Het lijkt me belangrijk dat de inwoners van de stad snel duidelijkheid krijgen. Het voorzorgprincipe lijkt ons hier helemaal op zijn plaats.
Professor Tytgat raadt ook aan om bloedstalen te laten nemen, ook in de steden en gemeenten die +/-15 km van 3M liggen, zoals Sint-Niklaas . Welke initiatieven gaat de stad op dit vlak nemen? Dit lijkt ons een zeer belangrijk gegeven om de ernst van de vervuiling in kaart te brengen. Minister Demir stelt voor dat de pas aangestelde opdrachthouder en het Agentschap Zorg en Gezondheid in samenwerking met de lokale besturen moeten werken aan een grootschalig bloedonderzoek. Wat is de stand van zaken voor Sint-Niklaas? Welke acties zijn er al ondernomen? Kan er al niet gestart worden met bloedafnames en bloedonderzoeken? Wat zijn de volgende stappen en wanneer en bij wie zullen bloedstalen worden genomen?
Het lijkt ons ook belangrijk dat niet alleen contact wordt opgenomen met OVAM in deze zaak, maar vooral met onafhankelijke onderzoekers van de UA en de KUL. Want de geloofwaardigheid van OVAM als bewaker van de milieunormen in Vlaanderen heeft hier een serieuze deuk gekregen. Het minste dat men kan zeggen is dat zij er niks aan gedaan hebben om de ernst van de vervuiling bekend te maken en de regering en de bevolking ten volle te informeren over de graad van vervuiling. Heel wat internationale onderzoeken zijn al jaren bekend en daar is niks mee gedaan.
Wij zouden dan ook willen pleiten om zo snel als mogelijk een hoorzitting te organiseren waarbij experten op verschillende vlakken worden gehoord en waar ook de klokkenluider in dit dossier, Thomas Goorden, wordt gehoord. En dat deze hoorzitting open is voor het publiek en publiek wordt gestreamd. Op die manier kan er meer duidelijkheid komen en kan de bevolking ook antwoorden krijgen op de vele vragen die zij vandaag hebben.
Daarnaast vraagt de PVDA dat het stadsbestuur een actieplan op de lange termijn uitwerkt en ondertussen de bevolking ten volle en grondig informeert.
Vooruit bracht bij monde van Steve Vonck onze bekommernissen tot uiting over het onaangepast rijgedrag van heel wat mensen in onze stad. Met het mooie weer en de vrijheid om terug van een terras te genieten komt dit nog meer tot uiting. Op de terrassen was dit de voorbije weken vaak HET gespreksonderwerp: de stoet van blinkende bolides die liefst veel kabaal maken en menig toertje rond de markt wensen te draaien, wekt ergernis op. Het bestuur heeft al via de pers gereageerd en erkent het probleem. Graag hadden we enige duiding bij de huidige aanpak, die blijkbaar helemaal niet het verhoopte resultaat geeft. Vooruit is in elk geval vragende partij voor een meer doortastende aanpak.
Niet alleen betwijfelen we het nut van de voorgestelde maatregel, maar dat dit dan nog door externen moet worden ingevuld, is meer dan een brug te ver.
Corona leerde ons het belang van ruimte herwaarderen. De achterkant van het station is reeds jarenlang een braakliggend gebied in het centrum van de stad. Kunnen we de buurt geen tijdelijke bestemming gunnen tot de start van de bouwwerkzaamheden binnen enkele jaren? Bijvoorbeeld een hondenloopweide, een open air kunst- of cultuurbelevingsgebied,...
Deze week ontving ik een verslag van de Groendienst als antwoord op mijn schriftelijke vraag m.b.t. de te onderhouden groenoppervlakte en aantal tewerkgestelde personeelsleden. De timing kon bijna niet beter zijn: ook deze week ontvingen we het Gemeenterapport van de stad Sint-Niklaas. Er is duidelijk werk aan de winkel. Zeker nu er méér openbaar groen moet onderhouden worden. Het lijkt me overduidelijk dat er ofwel méér middelen moeten voorzien worden voor personeelsuitbreiding of voor werkingskosten als er aan uitbestedingen gedacht wordt. Tevens is een goede informatie aan de burger, o.a. qua timing van de groen-onderhoudswerken en eventuele “onthardingswerken”, noodzakelijk. Graag hoor ik van de bevoegde schepenen hun mening daaromtrent en geef ik enkele bedenkingen ter zitting.
met algemene stemmen (38)