Er worden twee specifieke aanvullingen voorgesteld:
- de aanrekening van verbruik van elektriciteit (artikel 4 § 1.C):
Er is een onderscheid in tarief volgens de gebruikte stroomsterkte (aantal ampère en aantal fases). De stad stelt dit vast op basis van wat men kan zien. Vaak is hierover discussie. Daarom wordt voorgesteld om indien de belastingplichtige niet akkoord is, een attest te laten bezorgen van de installatie in kwestie via een erkend keuringsorganisme om het tegendeel te bewijzen.
- de belastingplichtige in het kader van werfzones (artikel 5 punt 9):
Nu is de belastingplichtige bepaald via een cascadesysteem namelijk de gebruiker (respectievelijk aanvrager, opdrachtgever en signalisatieverantwoordelijke) van het pand waar de werfzone is ingericht. Indien er geen aanvrager is, wordt de mogelijke opdrachtgever (de bouwheer) gecontacteerd. Als deze niet te achterhalen is, wordt gekeken wie de werken heeft uitgevoerd (de signalisatieverantwoordelijke). Soms is het zelfs via dit systeem dan nog niet altijd eenvormig te bepalen wie dit is, bijvoorbeeld de opdrachtgever aan een appartementsblok en de signalisatieverantwoordelijke is niet zichtbaar (werfvoertuig zonder reclame). Dan wordt soms info gevraagd aan de eigenaar, maar deze wil soms niet de nodige informatie aanreiken. Daarom wordt voorgesteld (op basis van juridisch advies) om in laatste instantie de eigenaar te kunnen belasten. Volgende alinea wordt toegevoegd: 'Als de gebruiker niet gekend is, is de eigenaar van het pand waar de werfzone is ingericht, de belastingplichtige, tenzij de eigenaar het bewijs brengt van wie de gebruiker is op de wijze en binnen de termijn voorzien'.
Grondwet, artikel 170 § 4.
Decreet lokaal bestuur, artikelen 40 en 41.
Decreet van 30 mei 2008 betreffende de vestiging, de invordering en de geschillenprocedure van provincie- en gemeentebelastingen.
Gemeenteraadsbeslissing van 19 december 2019 houdende invoering van het reglement gemeentebelasting op de tijdelijke privatisering van het openbaar domein, met latere aanvullingen en wijzigingen.
de wijzigingen van het reglement gemeentebelasting op de tijdelijke privatisering van het openbaar domein, met ingang van 1 januari 2024, goed te keuren.
Een exemplaar van het reglement wordt als bijlage aan de notulen van deze zitting gehecht.