Het korpsbeleid voorziet in een uitbreiding van het hondenteam met een teamleider hondensteun, graad hoofdinspecteur, met als expertise hondengeleider en een patrouillehond. Dit past binnen de vastgestelde personeelsformatie.
De korpschef voorziet de functie van teamleider hondensteun (patrouillehondengeleider) bij de Directie Operaties in de dienst Steun. Het gaat om de functie van hoofdinspecteur van politie met als specialisatie hondengeleider met een patrouillehond.
De lokale politie Sint-Niklaas wil de functie van patrouillehondengeleider invullen via een mobiliteitscyclus. Er wordt een gestructureerd interview of gesprek georganiseerd waarin wordt gepeild naar inzichten, ervaringen, affiniteiten met het werkterrein, motivatie, vaardigheden en attitudes. De geïnteresseerde kandidaten moeten nadien voor een selectiecommissie verschijnen die een rangschikking opmaakt van de meest geschikte tot de minst geschikte kandidaat. Daarna gaat de burgemeester over tot benoeming. De samenstelling van de selectiecommissie wordt voorgelegd aan het college van burgemeester en schepenen.
In eerste instantie zal de lokale politie Sint-Niklaas zelf geen patrouillehond aankopen en blijft de patrouillehond eigendom van de hondengeleider. De politiezone zal wel instaan voor de opleidingskosten van zowel de hondengeleider als de patrouillehond (basisopleiding en de jaarlijkse voortgezette verplichte opleidingen), de dierenartskosten, de specifieke functiekledij en de nodige infrastructuur zoals een aangepast dienstvoertuig met een bench en een hondenhok op het terrein van het politiecommissariaat.
Wet van 7 december 1998 tot organisatie van een geïntegreerde politiedienst, gestructureerd op 2 niveaus.
Koninklijk besluit van 30 maart 2001 tot regeling van de rechtspositie van het personeel van de politiediensten.
Koninklijk besluit van 20 november 2001 tot vaststelling van de nadere regels inzake de mobiliteit van het personeel van de politiediensten.
Koninklijk besluit van 20 december 2005, artikel 2, dat artikel IV.I.37 van het koninklijk besluit van 30 maart 2001 tot regeling van de rechtspositie van het personeel van de politiediensten vervangt.
Koninklijk besluit van 30 januari 2006, artikel 6.
Koninklijk besluit van 31 mei 2009, artikelen 1 tot en met 3.
Decreet lokaal bestuur, artikelen 40 en 41.
Omzendbrief GPI 15 van 24 januari 2002 betreffende de toepassing van de mobiliteitsregeling in de geïntegreerde politie, gestructureerd op twee niveaus, ten behoeve van de lokale verantwoordelijke overheden in de politiezones.
Omzendbrief GPI 23 van 12 juli 2002 over de commissies van geschiktheid van het personeel van de politiediensten.
één functie van hoofdinspecteur van politie - hondengeleider-patrouillehond als teamleider hondensteun bij de afdeling Directie Operaties vacant te verklaren en in te vullen op basis van de wetgeving inzake de mobiliteit van het personeel van de politiediensten.
volgende selectiewijze vast te stellen:
- het houden van een interview met de verschillende kandidaten door de plaatselijke selectiecommissie, die een rangschikking van de kandidaten opmaakt;
- de functie niet toe te kennen op basis van anciënniteit van de kandidaten.
naar aanleiding van de selectie geen wervingsreserve aan te leggen voor deze functie.