Voor de berekening van de geldelijke anciënniteit reeds verworven op het tijdstip van de indiensttreding van personeelsleden van het administratief en logistiek kader, kan de gemeenteraad, onder bepaalde voorwaarden, ook de diensten erkennen die verricht werden in andere overheidsdiensten, in de privésector of als zelfstandige.
De wetgever voorziet uitdrukkelijk de mogelijkheid aan de gemeenteraad om deze beslissingsbevoegdheid te delegeren aan de burgemeester.
Een dergelijke delegatie betekent een vereenvoudiging van het administratief proces en kort de doorlooptijd van de beslissing aanzienlijk in. Dit heeft een soepelere en efficiëntere werking van de lokale politie Sint-Niklaas tot gevolg: het dossier kan sneller bezorgd worden aan het sociaal secretariaat waardoor de geldelijke anciënniteit van het personeelslid sneller kan bepaald worden en het loon sneller correct kan vastgesteld worden.
De delegatie van deze bevoegdheid ontlast ook de agenda van de gemeenteraad en heeft geen financiële gevolgen voor de stad.
In toepassing van het principe van een transparante werking, zal de lokale politie de besluiten van de burgemeester voor het erkennen van voorafgaande diensten, periodiek ter kennisgeving voorleggen aan de commissie van de burgemeester (minstens eenmaal per jaar).
Omwille van de specifieke regelgeving van toepassing voor het beheer van de politiezone, moet deze delegatie voor de politie opnieuw worden vastgesteld na de hernieuwing van de raad.
Wet van 7 december 1998 tot organisatie van een geïntegreerde politiedienst, gestructureerd op twee niveaus, artikel 56, tweede en derde lid.
Decreet lokaal bestuur, artikelen 40 en 41.
Koninklijk besluit van 30 maart 2001 tot regeling van de rechtspositie van de personeelsleden van de politiediensten, artikel XI.II.§3.
de bevoegdheid van de gemeenteraad voor het erkennen van voorafgaande diensten verricht in andere overheidsdiensten, in de privésector of als zelfstandige voor het administratief en logistiek kader, te delegeren aan de burgemeester.
akkoord te gaan dat de besluiten van de burgemeester voor de erkenning van voorafgaande diensten verricht in andere overheidsdiensten, in de privésector of als zelfstandige voor het administratief en logistiek kader, periodiek (minstens éénmaal per jaar) ter kennisgeving worden voorgelegd aan de commissie van de burgemeester.