Bij de stad en het OCMW is de bevoegdheidsverdeling tussen het uitvoerend orgaan en de raad, voor wat betreft de vaststelling van de plaatsingsprocedure en het vastleggen van de voorwaarden van de opdracht (inclusief indicatieve raming) van overheidsopdrachten, gebaseerd op de definitie van wat als dagelijks bestuur wordt beschouwd. Deze definitie is met ingang van 1 januari 2020 goedgekeurd. De scheiding van de bevoegdheden tussen de raad en het uitvoerend orgaan wordt structureel afgestemd op de door de wetgever bepaalde bovengrens voor het plaatsen van een onderhandelingsprocedure zonder voorafgaande bekendmaking (momenteel 143.000 EUR, exclusief btw). Het bedrag waarvoor de algemeen directeur (of door hem aangeduide personeelsleden) kan worden gemachtigd om uitgaven te doen, is vastgesteld op 10.000 EUR, exclusief btw.
Omdat de overheidsopdrachten voor de politie in de praktijk uitgevoerd worden door het team overheidsopdrachten van de stad, is het aangewezen om ook voor de politiezone een beslissing te treffen rond de delegaties en deze af te stemmen op de definitie die sinds 1 januari 2020 in voege is voor de stad en het OCMW. Dit zal ook toelaten dat de politie zich makkelijk kan aansluiten bij procedures (bijvoorbeeld raamcontracten) die door de stad en OCMW worden gevoerd en dat hierover door het zelfde orgaan kan worden beslist.
In de politiewetgeving bestaat het begrip dagelijks bestuur niet. De delegatiemogelijkheden van het decreet voor lokale besturen verschillen ook van de mogelijkheden die de wet op de geïntegreerde politie biedt. Wel kan er gedelegeerd worden van raad naar college en kan de ondertekening van bestelbonnen verder aan de korpschef worden gedelegeerd. Het college blijft bevoegd voor het viseren van bestelbons. Wekelijks wordt de lijst met definitieve vastleggingen, goedkeuring facturen en definitieve rechten op de politiebegroting door de dienst boekhouding voorgelegd aan het college ter vaststelling.
Wat de uitzonderingen betreft die op de definitie dagelijks bestuur bij de stad werden gemaakt: de politie werkt niet volgens BBC-wetgeving. De begroting van de politie wordt opgesteld volgens de bepalingen van de wet op de geïntegreerde politiediensten en volgens het algemeen reglement op de boekhouding van de lokale politie (ARPC). Hierdoor kan de uitzondering die bij de stad gemaakt wordt op basis van een selectie van algemene rekeningnummers voor exploitatie (college altijd bevoegd) niet één op één worden doorgetrokken. Die diverse kostensoorten (gas, water, elektriciteit, verzekeringen, telefoonkosten, frankeringskosten, onderhoudskosten, brandstof, werkkledij, opleidingskosten...) zijn evenwel uiteraard ook in de gewone begroting van de politie aanwezig, waardoor er in de praktijk wel gelijkvormig kan worden gewerkt. Ook de uitzondering met betrekking tot externe beleidsvoorbereidende studies vanaf 30.000 EUR, exclusief btw (raad altijd bevoegd vanaf 10.000 EUR, exclusief btw) kan worden voorzien. Een uitzondering maken voor de overheidsopdrachten gevoerd voor de strategische projecten uit het meerjarenplan is niet aan de orde voor de politie.
Wet op de geïntegreerde politie, artikel 33, §2, lid 3.
Wet van 17 juni 2016 inzake overheidsopdrachten, artikel 92.
Gemeenteraadsbeslissing van 21 juni 2020 houdende goedkeuring definitie dagelijks bestuur.
om, met betrekking tot overheidsopdrachten voor de politiezone, met ingang van 1 januari 2025:
§ 1 bevoegdheidsdelegatie te verlenen aan het college van burgemeester en schepenen om de voorwaarden vast te leggen en de wijze van gunning en de indicatieve raming te bepalen, dit ten belope van maximaal het totaal bedrag (exclusief btw) dat in de wetgeving overheidsopdrachten is opgenomen als bovengrens voor het plaatsen van een onderhandelingsprocedure zonder voorafgaande bekendmaking en voor zover het college optreedt binnen de goedgekeurde begroting.
§ 2 in afwijking van §1 overheidsopdrachten die gevoerd worden op de gewone dienst en die in kostensoort overeenstemmen met de uitzonderingen gemaakt voor de stad en het OCMW op basis van bepaalde algemene rekeningen, te delegeren aan het college van burgemeester en schepenen.
§ 3 in afwijking van §1 overheidsopdrachten voor externe studies met een beleidsvoorbereidend karakter vanaf 30.000 EUR, exclusief btw, niet te delegeren aan het college van burgemeester en schepenen.
§ 4 de indicatieve raming opnieuw aan de raad voor te leggen ter goedkeuring wanneer de door de raad vastgestelde indicatieve raming met meer dan 25 % (exclusief btw) overschreden wordt.
van elke overheidsopdracht, uitgezonderd raamcontracten, waarvan voor de oorspronkelijke basisopdracht de raad de wijze van gunnen en de voorwaarden heeft vastgesteld en waarvan de uitgave ten gevolge van wijzigingen meer dan 10 % hoger (exclusief prijsherzieningen en exclusief btw) ligt dan het gunningsbedrag, de eindafrekening ter kennisgeving voor te leggen aan de raad.
Van elke overheidsopdracht, uitgezonderd de opdrachten in uitvoering van artikel 1 § 2 en uitgezonderd raamcontracten, waarvan het uitvoerend orgaan de wijze van gunnen en de voorwaarden heeft vastgesteld en waarvan de eindafrekening ten gevolge van aanvullende opdrachten boven het drempelbedrag voor de bevoegdheidsverdeling tussen de raad en het uitvoerend orgaan uitkomt, wordt kennis gegeven aan de raad.
dat voor verrichtingen genoemd in artikel 1, § 1 en § 2, waarvoor het college van burgemeester en schepenen bevoegd is en waarvan het totale bedrag maximum 10.000 EUR, exclusief btw, bedraagt, het college van burgemeester en schepenen delegatie kan verlenen aan de korpschef van de politiezone.
dat de goedkeuring van afroepen op raamcontracten, nadat de procedure overheidsopdrachten is gevoerd, tot de bevoegdheid van het college van burgemeester en schepenen behoort, die verder delegatie kan verlenen aan de korpschef van de politiezone.