Terug
Gepubliceerd op 02/09/2024

2024_GR_00154 - Hoge Bokstraat (OMV_2024043230): vaststellen rooilijnplan en wegenis: goedkeuring

gemeenteraad
vr 21/06/2024 - 21:00 gemeenteraadszaal
Goedgekeurd

Samenstelling

Aanwezig

Lieven Dehandschutter, burgemeester (N-VA); Wout De Meester, schepen (Groen); Peter Buysrogge, schepen (N-VA); Ine Somers, schepen (Liberaal Sint-Niklaas); Carl Hanssens, schepen (N-VA); Bart De Bruyne, schepen (Groen); Filip Baeyens, schepen (N-VA); Sofie Heyrman, schepen (Groen); Jos De Meyer, raadslid (CD&V); Gaspard Van Peteghem, raadslid (Vooruit); Kris Van der Coelden, raadslid (Vooruit); Roland Pannecoucke, raadslid (Vlaams Belang); Julien Ghesquière, raadslid (CD&V); Ilse Bats, raadslid (Vooruit); Marc Huys, raadslid (Vlaams Belang); Bart Merckx, raadslid (N-VA); Anita Dhollander, raadslid (CD&V); Maxime Callaert, schepen (N-VA); Veerle De Beule, raadslid (N-VA); Femke Pieters, raadslid (Vlaams Belang); Hasan Bilici, raadslid (Vooruit); Marcel Van Looy, raadslid (N-VA); Luk Huys, raadslid (N-VA); Mia Mortier, raadslid-voorzitter (Groen); Filip Herman, raadslid (N-VA); Aster Baeck, raadslid (Groen); Johan Uytdenhouwen, raadslid (CD&V); Saloua El Moussaoui, raadslid (CD&V); Kristof Van Gansen, raadslid (CD&V); Tchantra Van De Walle, raadslid (N-VA); Koen De Smet, raadslid (N-VA); Karel Noppe, raadslid (Liberaal Sint-Niklaas); Christine Meert, raadslid (N-VA); Chris Wauman, raadslid (PVDA); Steve Vonck, raadslid (Vooruit); Fatjona Hoxha; Johan Verhulst, algemeen directeur; Tarik Van Ballaer, adjunct-algemeen directeur; Danny Piessens, korpschef wd.

Afwezig

Frans Wymeersch, raadslid (Vlaams Belang); Anneke Luyckx, raadslid (Vlaams Belang)

Verontschuldigd

Kelly Van Elslande, raadslid (N-VA); Jan Snellings, raadslid (Vlaams Belang); Tamara De Boey, raadslid (Vlaams Belang)

Secretaris

Johan Verhulst, algemeen directeur
2024_GR_00154 - Hoge Bokstraat (OMV_2024043230): vaststellen rooilijnplan en wegenis: goedkeuring 2024_GR_00154 - Hoge Bokstraat (OMV_2024043230): vaststellen rooilijnplan en wegenis: goedkeuring

Motivering

Argumentatie

De aanvraag betreft de aanleg van een fietspad naast de Molenbeek. Dit fietspad zal een verbinding vormen tussen de sportzone Pijkedreef en Hoge Bokstraat. Er wordt een rooilijnplan toegevoegd aan het dossier, omdat het fietspad openbaar domein wordt. De breedte van de ruimte tussen de rooilijnen is variërend: van 20,53 m tot 6,26 m. 

Het dubbelrichtingsfietspad heeft een breedte van 3,50 m. De nieuwe verharding bestaat uit cementbeton. De totale verharding is 2.151 m². De verharding is opgebouwd uit 0,18 m uitgewassen cementbetonverharding, met eronder de steenslagfundering afwerklaag type II (0,10 m) en onderlaag type I (0,15 m) en tenslotte de onderfundering type II (0,15 m) met een geotextiel.

Gemeenteweg 43 wordt gedeeltelijk verlegd in noordelijke richting: van de zuidelijke kant van de boomgaarden naar de noordelijke kant van de boomgaarden langsheen de Molenbeek. Door het vaststellen van het tracé, de rooilijnen en de uitrusting van het nieuwe pad ontstaat immers een nieuwe trage weg met openbaar karakter. Hierdoor verkleint ook de mogelijke hinder voor de eigenaar van de boomgaarden. Het deel van de gemeenteweg 43 tussen Pijkedreef en Watermolenstraat wordt ongewijzigd behouden.

De werken aan de waterloop (nummer 1270, 2de categorie) omvatten het aanleggen van een nieuwe overwelving in de vorm van een betonnen fietsersbrug. De brug is 4,50 m breed en 13,55 m lang, en loopt schuin over de Molenbeek. De brug heeft aan beide zijden een leuning in gegalvaniseerd staal. Er worden twee RWA-aansluitingen voorzien naar de waterloop, elk met diameter 400. De waterloop wordt over een lengte van circa 165 m beschoeid met een dubbele rij platte schanskorven.

Er worden zeven kleine bomen en zeven rijen fruitbomen en haagbomen gerooid. Het rooien van de bomen is een vegetatiewijziging van kleinelandschapselementen (KLE’s). Er wordt een nieuwe beukenhaag met een totale lengte van circa 200 m ter afscherming van de fruitgaard aangeplant.

Openbaar onderzoek:
Het openbaar onderzoek wordt gehouden van 30 april 2024 tot en met 29 mei 2024. Er werden dertien standpunten, opmerkingen of bezwaren ingediend tijdens het openbaar onderzoek: één opmerking, vijf identieke bezwaren, vier identieke bezwaren, een bezwaar namens ‘bewoners Hoge Bokstraat’ (met één naam), een bezwaar namens een vereniging en een bezwaar uit eigen naam, ondertekend door één persoon.

De opmerking handelt over: een afsluiting aan de oprit van de fietswegel kant Hoge Bokstraat. De indiener van de opmerking vraagt of er een afsluiting geplaatst wordt aan de oprit van de fietswegel om de snelheid van de fietsers te verminderen, omdat het op- en afrijden van haar oprit bij de woning nu al moeilijk is door het drukke verkeer.

Evaluatie van de opmerking: langs beide zijden van de aansluiting van de fietswegel met de Hoge Bokstraat wordt een afsluiting gezet tot tegen de rooilijn. De aanwezigheid hiervan zal verhinderen dat fietsers een bocht nemen in noordelijke (of zuidelijke) richting aan een hoge snelheid. Het zal echter niet verhinderen dat op het fietspad langs Hoge Bokstraat snel gereden wordt. De opmerking is zonder voorwerp.

Eén bezwaar is van een vereniging die volgende punten aanhaalt:
- schending van artikel 12 § 2, gemeentewegendecreet (GWD): volgens de bezwaarindiener wordt artikel 12 § 2 van het gemeentewegendecreet geschonden omdat de aanvrager 'niet de eigenaar zou zijn' van de getroffen percelen waarop het nieuwe fietspad wordt gerealiseerd. Volgens haar moet de gemeenteraad eerst de autonome procedure voor het vastleggen van de rooilijnen doorlopen. Hetzelfde zou gelden voor de opheffing van voetweg nummer 43.

Evaluatie: de visie van de bezwaarindiener is juridisch verkeerd. Artikel 12 § 2 gemeentewegendecreet bepaalt het volgende:
§ 2. in afwijking van artikel 11 kan de aanleg, wijziging, verplaatsing of opheffing van een gemeenteweg met overeenkomstige toepassing van artikel 31 van het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning opgenomen worden in een omgevingsvergunning voor stedenbouwkundige handelingen of een omgevingsvergunning voor het verkavelen van gronden, voor zover die wijziging past in het kader van de realisatie van de bestemming van de gronden. Die mogelijkheid geldt voor zover het aanvraagdossier een ontwerp van rooilijnplan bevat dat voldoet aan de bij en krachtens dit decreet gestelde eisen op het vlak van de vorm en inhoud van gemeentelijke rooilijnplannen of voor zover het een grafisch plan met aanduiding van de op te heffen rooilijn bevat.

Als de beoogde wijziging, verplaatsing of opheffing betrekking heeft op een gemeentelijk rooilijnplan dat niet in een ruimtelijk uitvoeringsplan is opgenomen, neemt de gemeenteraad eerst een beslissing over het al dan niet wijzigen of opheffen van het gemeentelijk rooilijnplan, alvorens te beslissen over de goedkeuring, vermeld in artikel 31 van het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning.

De mogelijkheid, vermeld in het eerste lid, geldt niet als de beoogde wijziging, verplaatsing of opheffing betrekking heeft op een gemeenteweg die in een plan van aanleg of ruimtelijk uitvoeringsplan bestemd is, of op een gemeentelijk rooilijnplan dat in een plan van aanleg of ruimtelijk uitvoeringsplan is opgenomen. In dat geval gelden de procedureregels voor het opstellen van een ruimtelijk uitvoeringsplan.

Artikel 12 § 2 van het gemeentewegendecreet werd door de decreetgever bewust ingevoerd om een geïntegreerde procedure te voorzien waarbij er wijzigingen aan gemeentewegen kunnen worden doorgevoerd bij de behandeling van een omgevingsvergunningsaanvraag. Dit wordt ook zo erkend in de parlementaire voorbereiding van dit decreet (M.v.T., Vl. Parl. 1847/1, 2018-2019, p. 9-10):
'Het voorstel van decreet voorziet ook in geïntegreerde procedures om ervoor te zorgen dat het netwerk van gemeentewegen kan worden gewijzigd in één beweging met de behandeling van een vergunningsaanvraag of ruimtelijk uitvoeringsplan (rup). (…) Een wijziging aan het gemeentelijk wegennet wordt ook mogelijk via een omgevingsvergunning voor stedenbouwkundige handelingen of voor het verkavelen van gronden. De bevoegdheid van de gemeenteraad om te beslissen over de aanleg, wijziging, verplaatsing of opheffing van een gemeenteweg als vermeld in artikel 31 van het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning wordt verduidelijkt en geëxpliciteerd, waarbij de procedure, inspraak- en beroepsmogelijkheden maximaal worden afgestemd op de bepalingen voor de totstandkoming, wijziging, verplaatsing en opheffing van rooilijnplannen volgens dit voorstel van decreet.'

De bezwaarindiener miskent de principes en doelstellingen van het gemeentewegendecreet en artikel 31 OVD. Er is geen enkele noodzaak om 'de autonome procedure' uit het gemeentewegendecreet toe te passen.
Waar zij lijkt te suggereren dat de geïntegreerde procedure enkel kan worden toegepast voor zover de aanvrager eigenaar is van de betrokken gronden, voegt zij een onwettige voorwaarde toe aan artikel 12 § 2 gemeentewegendecreet. Dit staat immers niet vermeld in deze bepaling. De Raad van State verduidelijkte enkel dat van deze afwijkingsmogelijkheid in beginsel enkel kan worden gebruik gemaakt voor wegen 'die gelegen zijn op het terrein waarop de omgevingsvergunningsaanvraag betrekking heeft' (RvS 20 mei 2022, nr. 253.831). Dit laatste kan niet in twijfel worden getrokken: zowel het nieuw aan te leggen fietspad als de op te heffen voetweg maken expliciet deel uit van het aanvraagdossier en staan aangeduid op de inplantingsplannen.
Artikel 12 § 2 GWD wordt niet geschonden.

Schending van artikel 16 en artikel 25 § 2 van het gemeentewegendecreet
Evaluatie: de bezwaarindiener toont niet aan dat het rooilijnplan in strijd is met artikel 16 GWD. Het betrokken rooilijnplan bevat wel degelijk alle elementen vermeld in artikel 16 § 2 GWD.  Zij geven ook voldoende duidelijkheid over de contouren van de aanvraag en de desbetreffende percelen. Gebeurlijke onjuistheden in de plannen of in het aanvraagdossier kunnen slechts leiden tot vernietiging wanneer ze van die aard zijn dat de vergunningverlenende overheid erdoor misleid werd en erdoor verhinderd werd met kennis van zaken over het dossier te oordelen. Tevens moeten ze beslissend zijn voor de toekenning van de aanvraag (RvVb 13 februari 2018, nummer A/1718/0537, pagina 13). In voorliggende zaak kan de deputatie als vergunningverlenend bestuur wel degelijk met kennis van zaken oordelen over het aanvraagdossier inclusief het rooilijnplan.

De vermeende kritiek op de berekening van de meerwaardebepaling is ongefundeerd en vaag. Conform artikel 28 GWD werd de waardevermeerdering vastgesteld door een landmeter-expert, aangesteld door de stad Sint-Niklaas. Er kan ook niet worden ingezien welk persoonlijk belang de bezwaarindiener heeft bij deze kritiek. Het bezwaar is ongegrond.

Artikel 25 § 2 GWD is bij deze aanvraag niet relevant (dit heeft louter betrekking op de bevoegdheid van de Vlaamse regering bij een annulatieberoep). Ook dit artikel wordt niet geschonden.

- Schending van de procedurebepalingen met betrekking tot het openbaar onderzoek:
Evaluatie: de bezwaarindiener heeft geen enkel belang bij haar bezwaar. Zij heeft tijdig een uitgebreid bezwaarschrift ingediend waardoor haar opmerkingen over de organisatie van het openbaar onderzoek onontvankelijk zijn (RvVb nummer RvVb-A-2021-0422, pagina's 36-37). Om die reden dient dit bezwaar al te worden afgewezen.

Er wordt opgemerkt dat het openbaar onderzoek werd heropgestart om de omwonenden voldoende duidelijkheid te geven over de aanvraag, inclusief de handelingen aan de Pijkedreefwegel. Het openbaar onderzoek heeft dertig dagen geduurd zodat er op dat vlak geen enkele onwettigheid noch onduidelijkheid kan bestaan. Het bezwaar is ongegrond.

- Schending gemeentewegendecreet - geen algemeen belang:
In het bezwaarschrift wordt aangehaald dat de essentie van het bezwaar zou gaan over de vraag waarom de 'historische buurtweg' wordt afgeschaft, waarom kan het nieuwe fietspad niet gerealiseerd worden zonder dat er tot afschaffing zou worden overgegaan.

In dit kader zijn de artikelen 3 en 4 GWD relevant:
Artikel 3:
Dit decreet heeft tot doel om de structuur, de samenhang en de toegankelijkheid van de gemeentewegen te vrijwaren en te verbeteren, in het bijzonder om aan de huidige en toekomstige behoeften aan zachte mobiliteit te voldoen.
Om de doelstelling, vermeld in het eerste lid, te realiseren voeren de gemeenten een geïntegreerd beleid, dat onder meer gericht is op:
1° de uitbouw van een veilig wegennet op lokaal niveau;
2° de herwaardering en bescherming van een fijnmazig netwerk van trage wegen, zowel op recreatief als op functioneel vlak.

Artikel 4:
Bij beslissingen over wijzigingen van het gemeentelijk wegennet wordt minimaal rekening gehouden met de volgende principes:
1° wijzigingen van het gemeentelijk wegennet staan steeds ten dienste van het algemeen belang;
2° een wijziging, verplaatsing of afschaffing van een gemeenteweg is een uitzonderingsmaatregel die afdoende wordt gemotiveerd;
3° de verkeersveiligheid en de ontsluiting van aangrenzende percelen worden steeds in acht genomen;
4° wijzigingen aan het wegennet worden zo nodig beoordeeld in een gemeentegrensoverschrijdend perspectief;
5° bij de afweging voor wijzigingen aan het wegennet wordt rekening gehouden met de actuele functie van de gemeenteweg, zonder daarbij de behoeften van de toekomstige generaties in het gedrang te brengen. Daarbij worden de ruimtelijke behoeften van de verschillende maatschappelijke activiteiten gelijktijdig tegen elkaar afgewogen.

In tegenstelling tot wat de bezwaarindiener opwerpt, wordt in de beschrijvende nota wel degelijk gemotiveerd waarom de aanleg van het nieuwe fietspad in combinatie met de afschaffing van de bestaande voetweg nummer 43 aangewezen is, waarbij ook rekening wordt gehouden met het algemeen belang (zie beschrijvende nota):
2. Beschrijving van het voorwerp van de aanvraag
Dit project op grondgebied Sint-Niklaas ter hoogte van de waterloop Molenbeek omvat onder andere verhardingswerken voor een nieuw dubbelrichtings fietspad (3,50 m). Bedoeling is om een fietsvriendelijke doorgang te voorzien tussen Pijkedreef en Hoge Bokstraat die ook toegankelijk is voor voetgangers. De nieuwe verharding zal bestaan uit cementbeton en er komt een fietsersbrugje in beton over de waterloop ter hoogte van RWZIMIWA. Totale verharding 2.151 m². Hierbij zal een deel van de huidige onverharde berm bijkomend ingenomen worden. Er wordt een nieuw rooilijnplan bijgevoegd aan deze vergunning.
(…)
Gemeenteweg 43, momenteel dwars door de fruitgaard, wordt tenslotte verplaatst naar het noordelijkere afgescheiden tracé dat wordt aangelegd naast de Molenbeek.

3. Doel van de werken
De aanvraag omvat de aanleg van een fietsvriendelijke doorgang in de groene rand langs de Molenbeek tussen de Pijkedreef (met aansluitmogelijkheid op het toekomstige fietspad door het in aanbouw zijnde Sportkringpark) en de Hoge Bokstraat, die tevens toegankelijk is voor voetgangers. In een latere fase kan de fietsverbinding vanaf de Hoge Bokstraat doorgetrokken worden tot aan de Marktstraat. Dit is ook zo gedefinieerd in het mobiliteitsplan van de Stad Sint-Niklaas als alternatieve fietsroute Marktstraat-Nauwstraat (zie ook onderstaande figuur uit het mobiliteitsplan).

4. Verantwoording van het gekozen tracé
Het tracé voor het fietspad is er gekomen op basis van de aansluiting aan de Pijkedreef en het reeds aangekochte en ontboste perceel 962D aan de zuidkant. Aangezien de RWZI van Aquafin geen mogelijkheid laat om langs de noordkant te werken wordt een deeltje van de boomgaard ingenomen in de zone tussen fietsbrug en Pijkedreef. Om boomsparend te werken is er voor gekozen om daar langs de noordkant in het weiland verder te werken om uiteindelijk uit te komen aan de ingebuisde waterloop tussen huisnummers 195 en 197 aan de Hoge Bokstraat. Dit was ook het kortst mogelijke tracé voor de fietsers.

-> verplaatsing gemeenteweg 43 (zie ook plannen en bijlage voorstel gemeenteraad): Verzoek bijgevoegd aan de omgevingsvergunning (dossierstukken - overige) tot het verplaatsen van gemeenteweg nummer 43 van de onverharde paden langs/door de zuidkant van de boomgaard naar het nieuwe verharde fietspad aan de noordkant van de boomgaard. Na de goedkeuring van het nieuwe rooilijnenplan ontstaat een nieuwe openbare gemeenteweg. Zowel de bestaande gemeenteweg 43 als het nieuw aan te leggen fietspad liggen gedeeltelijk op dezelfde percelen. Het behoud van de bestaande gemeenteweg 43 in combinatie met de aanleg van een nieuw fietspad op hetzelfde perceel is voor de betrokken eigenaars niet billijk. De gemeenteweg nummer 43 loopt ook verder in de Pijkedreef (richting Watermolenstraat) en dit deel wordt dus verder behouden.

Er is wel degelijk met motieven die kaderen in het algemeen belang concreet gemotiveerd waarom ervoor wordt geopteerd op de voetweg te verplaatsen naar de noordkant van de boomgaard. De aanvraag beoogt een verkeersveilige doorsteek voor fietsers en wandelaars De bezwaarindiener gaat uit van een fragmentaire lezing van de beschrijvende nota en het aanvraagdossier. Artikelen drie en vier worden gerespecteerd. Er is geen enkele schending van een 'direct werkende norm'.
Opnieuw moet worden vastgesteld dat het aanvraagdossier voldoende duidelijk is en dat de deputatie met voldoende kennis van zaken kan oordelen van de volledige aanvraag. 

- Schending van de formele motiveringsplicht
Evaluatie: de formele motiveringsplicht rust niet op een aanvrager, wel op het vergunningverlenend bestuur. Het komt toe aan de deputatie om een zorgvuldige beslissing te nemen over het aanvraagdossier, rekening houdende met de verleende adviezen en ingediende bezwaarschriften. Bovendien zal de gemeenteraad zich ook uitspreken over het gemeentewegendossier dat deel uitmaakt van voorliggende aanvraag. Het bezwaar is voorbarig; de formele motiveringsplicht wordt niet geschonden.

Eén private bezwaarindiener heeft volgende bezwaren:
1. De aansluiting van het fietspad op Hoge Bokstraat: het restperceel sectie A nummer 911e is openbaar domein: de bewaarindiener vraagt het volledige perceel op te nemen als fietspad en groene omgeving: de aansluiting met Hoge Bokstraat kan verbreed worden, het fietspad kan verbreed worden naar 3,50 m;
2. Ter hoogte van het brugje ontbreken verbredingen in het dubbelrichtingsfietspad, wat noodzakelijk is en volgens het fietsvademecum;
3. De aansluiting met het fietspad van de LABschool is niet te zien op de plannen. De bezwaarindiener is bezorgd of er voldoende afstand is tussen de aansluiting en het brugje;
4. Er is niet voldaan aan de voorwaarden voor de verplaatsing van een buurtweg;
5. Het algemeen belang is niet gemotiveerd;
6. Hoge haagbeuk: op het huidige plan is geen spoor van de beukenhaag. Indien deze er komt, wordt de hoogte beter beperkt tot 1 m zodat de fietsers zicht blijven houden op de boomgaard. Een haag hoort niet thuis in het werkgebied: het werkgebied dient uitsluitend voorbehouden voor het fietspad en de nodige groene omlijsting.

Evaluatie:
1. Een deel van het perceel 1ste afdeling, sectie A, nr. 0911 e werd in der minne aangekocht en maakt deel uit van de aansluiting naar Hoge Bokstraat. De rest van het perceel blijft in eigendom van de private eigenaar. De fietswegel is 3,50 m breed.
2. De brug is 4,50 m breed en 13,55 m lang, wat voldoende is om op een comfortabele manier elkaar te kruisen, zij het dan niet aan (te) hoge snelheid. De wegel is bestemd voor gemengd zacht verkeer, door de breedte te beperken worden de verkeersstromen afgeremd.
3. De plannen moeten, o.a. om werkbaar te blijven, begrensd worden tot de projectsite en de onmiddellijke omgeving, de inschatting voor aansluiting met andere projecten moet door de ontwerper en vergunningverlenende overheid worden gedaan.
4. Zie hoger.
5. Zie hoger.
6. Zowel op het plan ‘nieuw’ (BA_verhard.HogeBok_P_N) als op de legende staat de haag vermeld, net als in de verantwoordingsnota.

Advies omgevingsambtenaar (stedenbouw): de aanvraag is niet in overeenstemming met het bpa stedelijke nutsbedrijven. De aanvraag is in overeenstemming met het bpa Watermolenwijk: volgens de voorschriften van dit bpa zijn in alle bestemmingsstroken werken van openbaar nut toegelaten, indien ze verenigbaar zijn met de bestaande woonomgeving.
De verkaveling SN65/1 is ouder dan vijftien jaar. Conform artikel 4.3.1. VCRO vormen verkavelingsvoorschriften van een verkaveling die ouder is dan vijftien jaar op het ogenblik van de indiening van de vergunningsaanvraag geen weigeringsgrond. 

Conform artikel 4.4.7 § 2 VCRO mag in een vergunning voor handelingen van algemeen belang die een ruimtelijk beperkte impact hebben, worden afgeweken van stedenbouwkundige voorschriften en verkavelingsvoorschriften. Handelingen van algemeen belang kunnen een ruimtelijk beperkte impact hebben vanwege hun aard of omvang, of omdat ze slechts een wijziging of uitbreiding van bestaande of geplande infrastructuren of voorzieningen tot gevolg hebben. Het Besluit van de Vlaamse Regering tot aanwijzing van de handelingen in de zin van artikel 4.1.1, 5°, artikel 4.4.7, § 2, en artikel 4.7.1, § 2, tweede lid, van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening van 5 mei 2000 stelt in Hoofdstuk III, artikel 3, § 1, 1°: De volgende handelingen zijn handelingen van algemeen belang die een ruimtelijk beperkte impact hebben als vermeld in artikel 4.4.7, § 2, van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening. De handelingen hebben betrekking op: de aanleg, wijziging of uitbreiding van openbare fiets-, ruiter- en wandelpaden, en andere paden voor de zwakke weggebruiker. 

Elke beslissing over wijzigingen van het gemeentelijk wegennet geeft uitvoering aan artikel drie (doelstellingen) en aan artikel vier (principes) van het decreet houdende de gemeentewegen van 3 mei 2019, bijgevolg wordt de aanvraag ook aan deze artikelen getoetst.

In artikel drie worden de doelstellingen als volgt omschreven: ‘Dit decreet heeft tot doel om de structuur, de samenhang en de toegankelijkheid van de gemeentewegen te vrijwaren en te verbeteren, in het bijzonder om aan de huidige en toekomstige behoeften aan zachte mobiliteit te voldoen. Om de doelstelling, vermeld in het eerste lid, te realiseren voeren de gemeenten een geïntegreerd beleid, dat onder meer gericht is op: 1° de uitbouw van een veilig wegennet op lokaal niveau; 2° de herwaardering en bescherming van een fijnmazig netwerk van trage wegen, zowel op recreatief als op functioneel vlak. 

Artikel vier van het gemeentewegendecreet omschrijft de principes waarmee minimaal rekening moet worden gehouden:
1° wijzigingen van het gemeentelijk wegennet staan steeds ten dienste van het algemeen belang;
2° een wijziging, verplaatsing of afschaffing van een gemeenteweg is een uitzonderingsmaatregel die afdoende wordt gemotiveerd;
3° de verkeersveiligheid en de ontsluiting van aangrenzende percelen worden steeds in acht genomen;
4° wijzigingen aan het wegennet worden zo nodig beoordeeld in een gemeentegrensoverschrijdend perspectief;
5° bij de afweging voor wijzigingen aan het wegennet wordt rekening gehouden met de actuele functie van de gemeenteweg, zonder daarbij de behoeften van de toekomstige generaties in het gedrang te brengen. Daarbij worden de ruimtelijke behoeften van de verschillende maatschappelijke activiteiten gelijktijdig tegen elkaar afgewogen. 

Het nieuw aan te leggen pad sluit aan op bestaande wegen: het maakt de verbinding tussen de bestaande Pijkedreefwegel en Hoge Bokstraat. Het pad kan zowel voor praktische doeleinden (korte verbinding tussen de beide openbare wegen) als voor recreatieve doeleinden worden gebruikt (wandelen, fietsen als recreatie). Het is een veilige verbinding die zachte weggebruikers de mogelijkheid geeft een (deel van hun) traject af te leggen zonder interactie met het autoverkeer.
Het pad wordt door de aanleg toegankelijk gemaakt, ook voor de minder-mobiele weggebruiker. Samengevat kan gesteld worden dat de aanleg van de weg het algemeen belang dient. 

Het tracé volgt daarbij een reeds bestaand tracé in het landschap, namelijk het tracé van de Molenbeek. Hierdoor worden geen onnodige insnijdingen in het landschap gemaakt, maar wordt de beleving van de aanwezigheid van een belangrijke waterloop versterkt. Het ruimtebeslag is zo beperkt mogelijk gehouden en er werd rekening gehouden met het bestaande landschap door het bewaren van de aaneengesloten fruitboomgaarden en het consolideren ervan. Het verplaatsen van een deel van trage weg 43 naar het nieuwe tracé draagt bij aan het bestendigen van het open landschap met het specifieke gebruik als landbouwgronden. De verplaatsing van gemeenteweg 43 is gemotiveerd en aanvaardbaar.

De fietsbrug wordt uitgevoerd met een leuning, die aan beide zijden wordt geplaatst, teneinde te verhinderen dat er mensen in de waterloop zouden terechtkomen. Langsheen het tracé worden ter hoogte van Hoge Bokstraat langs weerszijden draadafsluitingen geplaatst ter bescherming van de privégronden en de gebruikers van het pad. Verder wordt gebruik gemaakt van bestaande en nieuwe beplanting om het tracé en de aanliggende gronden te begrenzen. Hierdoor zijn conflicten met het aanwezige landbouwverkeer niet mogelijk wat bij het huidige tracé wel het geval is.

De toekomstige functies van de aanliggende percelen worden door het aanleggen van dit pad niet gehypothekeerd of in gevaar gebracht: er zijn geen essentiële wijzigingen in de bestaande noch toekomstige gebruiksmogelijkheden. 

Het openbaar onderzoek wordt gehouden van 30 april 2024 tot en met 29 mei 2024. Er werden dertien standpunten, opmerkingen of bezwaren ingediend tijdens het openbaar onderzoek: één opmerking, vijf identieke bezwaren, vier identieke bezwaren, een bezwaar namens ‘bewoners Hoge Bokstraat’ (met één naam), een bezwaar namens een vereniging, een bezwaar uit eigen naam, ondertekend door één persoon.

De indiener van de opmerking vraagt of er een afsluiting geplaatst wordt aan de oprit van het fietspad om de snelheid van de fietsers te verminderen, omdat het op- en afrijden van haar oprit bij de woning nu al moeilijk is door het drukke verkeer. Langs beide zijden van de aansluiting van het fietspad met de Hoge Bokstraat wordt een afsluiting gezet tot tegen de rooilijn. De aanwezigheid hiervan zal verhinderen dat fietsers een bocht nemen in noordelijke (of zuidelijke) richting aan een hoge snelheid. Het zal echter niet verhinderen dat op het fietspad snel gereden wordt. De opmerking is zonder voorwerp.

Het bezwaar betreffende de toepassing van en het voldoen aan het gemeentewegendecreet wordt uitgebreid behandeld onder de titel ‘Openbaar onderzoek’. Hieruit blijkt ten overvloede dat de aanvraag conform de bepalingen van het gemeentewegendecreet is en voldoet aan alle bepalingen.
Voor de uitgewerkte behandeling van de bezwaren wordt verwezen naar de voormelde tekst onder de titel ‘Openbaar onderzoek. Er wordt niet ingestemd met de bezwaren.

De aanvraag is stedenbouwkundig aanvaardbaar en passend in de omgeving.
Het rooilijnplan voldoet aan de geldende normen. Om die redenen wordt aan de gemeenteraad voorgesteld om het ontwerp van voorliggend rooilijnplan en aanleg en uitrusting van de wegenis vast te stellen.

Juridische grond

Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening met uitvoeringsbesluiten.
Besluit betreffende de omgevingsvergunning en uitvoeringsbesluiten.
Gemeentewegendecreet
Decreet lokaal bestuur, artikelen 40 en 41.

Besluit

met 27 stemmen voor (N-VA, Groen, Liberaal Sint-Niklaas, CD&V), 5 stemmen tegen (Vooruit), 4 onthoudingen (Vlaams Belang, PVDA)
De gemeenteraad beslist:

Artikel 1

in toepassing van artikel 31 van het omgevingsdecreet en artikel 12 § 2 van het decreet houdende de gemeentewegen akkoord te gaan met het rooilijnplan van de wegenis aan Hoge Bokstraat, Pijkedreefwegel en Vlyminckshoek.
Een exemplaar van de ontwerpplannen wordt als bijlage aan de notulen van deze zitting gehecht.

Artikel 2

het ontwerp van de wegenis aan Hoge Bokstraat, Pijkedreefwegel en Vlyminckshoek vast te stellen conform de bijlagen.
Een exemplaar van de ontwerpen wordt als bijlage aan de notulen van deze zitting gehecht.